Posts tonen met het label vrijdag. Alle posts tonen
Posts tonen met het label vrijdag. Alle posts tonen

donderdag 8 september 2022

Twee keer kans op de Besloten stad van Jos Pierreux


 Maart 2020, COVID-19 lockdown. Cafés, restaurants en niet-essentiële winkels gaan dicht. De lessen in de scholen worden opgeschort, alle culturele en sportieve evenementen en activiteiten worden geschrapt. ‘Blijf in uw kot,’ luidt het advies van de regering. De mondaine badplaats Knokke verandert in een spookstad, zijn inwoners zijn voorzichtig in alles wat ze doen. De speurders werken maximaal van thuis uit. Wanneer in het Koningsbos een anoniem lijk wordt aangetroffen, zit rechercheur Stefaan Athenus met de handen in het haar. Door de pandemie is de politiebrigade onderbemand en er daagt geen versterking op. De brigadier dient te improviseren. De coronaregels veranderen iedere dag en belemmeren het onderzoek naar het vluchtmisdrijf. Zodra een vader zijn verslaafde zoon identificeert, wordt het lichaam door de wetsdokter vrijgegeven en gecremeerd. Want waarom zou de man liegen? En kan escalerend geweld het gevolg zijn van een eventuele leugen?

Jos won in 2018 een Vlaamse boekenprijs. Welke was dat? Stuur jouw antwoord naar Thrillerlezersblog@gmail.com ovv Besloten stad

Je bent natuurlijk al lid van de facebookgroep en zou je de actie ook even willen delen op jouw tijdlijn.

donderdag 25 augustus 2022

Joséphine – Anne-Laure Van Neer

 


Tuin van Eden

In Den Groenen Hof hebben een select groepje senioren zich verenigd in een vriendenclubje: Thanatos.

Niet zomaar een clubje!  Eerder dan zich over te geven aan de vergetelheid en hulpeloosheid die dreigen bij de diagnose van Alzheimer, nemen ze het heft in eigen handen door vooraf hun levenseinde zelf te kiezen.  Ze vertrouwen op de andere leden van de club om, indien het moment daar is en ze hun grens hebben bereikt, hun laatste wens uit te voeren, helemaal zoals opgetekend in Ida’s schriftje.

Van essentieel belang hierin is het giftuintje van Den Groenen Hof.  Daar telen en oogsten de leden met veel toewijding de groenten en de bessen die de levensnoodzakelijke ingrediënten zijn in een gerecht dat hun dood garandeert.  Ze hebben het perfect geregeld: onder leiding van de Kolonel, voeren Joséphine, Ida, Brigitte (~ Gerda) en Germaine de laatste wilsbeschikkingen van andere clubleden uit.  Dan kondigt de directeur aan dat het tuintje moet wijken voor een nieuwbouw. 

Wie denkt in dit boek te maken te krijgen met hulpbehoevende oudjes is eraan voor de moeite!  Elk personage laat zich voorstaan op zijn waarde en weet heel goed wat hij of zij wil.  Het is een bont groepje mensen waarvan elk lid staat voor een typetje zoals we er allemaal wel kennen: een leider, iemand met gezond boerenverstand, een snoeperaar, een mannenverleidster, …  De nieuwbouw dreigt roet in hun eten te gooien; het hek is van de dam.  Tijd voor een plan!

Vanaf dan belanden Joséphine en de Kolonel in een mallemolen van situaties.  Als inspiratie voor het plan van actie geldt Sherlock, een tv-programma dat ze graag samen kijken.  Alleen gaat het op tv heel wat vlotter!  Elke mogelijk faliekant aflopende actie brengt een nieuwe op gang.  Andere snode plannen komen aan het licht.  Het resulteert in hilarische stukjes verhaal waarin de naïviteit, de hulpeloosheid, alsook het doorzettingsvermogen imponeren, ontroeren en doen schaterlachen.  Het kan niet anders of de auteur heeft de tekst met een grote glimlach op het gezicht geschreven! 

Elk personage blijft trouw aan zichzelf, in taalgebruik, houding of gewoonten.  Een enkele keer valt wel iemand uit zijn rol, zoals we allemaal wel eens doen.  Het zijn geslaagde typetjes van mensen die je, zelfs op die respectabele leeftijd, best geen strobreed in de weg legt als het gaat om het uitvoeren van levensnoodzakelijke dodelijke plannen.

Het plot leest razendsnel en verveelt op geen enkel moment.  Boerenwijsheden met paard en koe suggereren dat het leven eenvoudig zou kunnen zijn ware het niet dat er een vriendelijke kidnapping tot een goed einde moet gebracht worden.  Receptjes nodigen uit tot zelf proberen.  Zonder het extra uit de tuin, uiteraard!

De onderliggende boodschap kan en mag echter niet genegeerd worden.  ‘Joséphine’ kaart een thema aan dat serieus dient genomen te worden, namelijk het recht op een waardig levenseinde en het recht op zelfbeschikking.  Het verdriet en de ellende die een ziekte als Alzheimer betekent voor de patiënt en zijn naasten contrasteert scherp met de humor en de misdadige praktijken.

‘Joséphine’ is een misdaadkomedie waarin misdaad, humor en sérieux hand in hand gaan, die doet schaterlachen en vertedert, maar die tegelijkertijd het recht op een waardig levenseinde onder de aandacht wil brengen. 

 4 kraaien

Anita

zaterdag 20 november 2021

Interview met Patrick Conrad

 


Patrick Conrad kan ondertussen terugkijken op een rijkgevulde carrière.  ‘De verdwijningen’ is zijn jongste roman noir, een historische roman die zich afspeelt in Antwerpen in de jaren ‘70.  Aan stoppen denkt hij echter nog lang niet.  Terwijl hij volop bezig is met het afronden van een groots project, nam hij de tijd om op enkele vragen te antwoorden.

 

• Patrick, jij lijkt wel een artistieke duizendpoot: dichter, regisseur, beeldend kunstenaar, cinéast, thrillerauteur, … .  Staan elk van deze kunsten voor een periode in je leven of kan je ze perfect naast elkaar beoefenen?

Ik ben in de grond een dichter die altijd alle vermelde disciplines, al was het om de verveling tegen te gaan, door elkaar heeft beoefend.  Alleen tijdens grote cinemaprojecten moest al mijn aandacht naar de film gaan.

• In ‘De verdwijningen’ is Valère Vaerten  het hoofdpersonage.  Hij studeerde Germaanse filologie, schrijft gedichten, droomt ervan om als cinéast een kortfilm te maken, …  en lijkt wat op jou.  Toch schrijf je niet in de ‘ik’-vorm en behoud je afstand.  Wie had je voor ogen toen je zijn personage begon uit te werken?

Ik had het fictieve personage Valère voor ogen, zoals steeds een mengeling van verschillende personages die ik in die periode gekruist heb.  Natuurlijk is er ook een beetje van mezelf in aanwezig, vooral in het begin van het boek.  Met dat verschil dat Valère zijn dromen niet waar maakt en zijn heil zoekt in een vorm van pathetisch opportunisme.  Alles wat ik persoonlijk verfoei.  Moest ik over mezelf geschreven hebben, dan zou de ‘ik’-vorm natuurlijk logischer geweest zijn.  Maar dat behoud ik voor de poëzie.

• De tijd van toen komt helemaal tot leven.  Ik was toen een jonge tiener maar herken veel van wat je aan de lezer toont en vertelt.  Dat je dat allemaal nog zo goed weet! Of kwam veel terug via het internet?

‘De verdwijningen’ is een historische roman die zich weliswaar in een recent verleden afspeelt, een verleden dat ik persoonlijk vrij intens heb beleefd.  Op een paar details na volstond mijn geheugen om dat tijdsbeeld terug op te roepen.  Ik heb meer vertrouwen in mijn eigen geheugen dan in het internet.


  Rina Torfs heeft een fascinatie ontwikkeld voor Proust.  Behoort Proust ook tot de schrijvers die je bewondert/ leest?

Proust is één van mijn favoriete romanciers, samen met Genêt en Flaubert, bijvoorbeeld.  Het zijn schrijvers in wiens boeken ik nog regelmatig grasduin wanneer de avond valt.

• Vooraleer Rina verdween was ze op weg naar een lezing met als onderwerp ‘Proust en de configuratie van het toeval’.  ‘Toeval’ is een woord dat meer dan één keer terugkomt.  Geloof jij in het toeval?

Toeval bestaat niet, herhaalt de niet al te snuggere politie-inspecteur regelmatig.  Het is natuurlijk een vrij domme uitspraak.  Toeval bestaat wel degelijk, al denk ik dat we er per definitie geen belang moeten aan hechten.  ‘In toeval geloven’ zoals jij zegt, leidt snel – zoals de meeste vormen van geloof – tot idiote complottheorieën die we best kunnen missen.

• Een terugkerend thema is de overtuiging dat alles een kwestie van oorzaak en gevolg is.  Deel jij deze filosofie?

Dat alles een kwestie van oorzaak en gevolg is, beaam ik volledig.  Het ligt aan de basis van het begrip van verantwoordelijkheid waar ik zeer hoog mee oploop.  Zegt men niet dat men de gevolgen van zijn handelingen – goed of slecht – de beslissingen – juist of fout – moet dragen?  Daar sta ik achter, ja.  Toeval kan natuurlijk ook gevolgen hebben, maar daar zijn we gelukkig niet verantwoordelijk voor.

• Valère klust bij als barman.  Heel wat Antwerpse kroegen passeren de revue.  Bestaan ze allemaal echt en ken je ze ook van aan de binnenkant?

Bijna alle kroegen die in het boek voorkomen hebben echt bestaan en sommige bestaan nog, al zijn ze nu erg verwaterd en rookvrij.  Maar alsof dat niet genoeg was, heb ik er nog een paar bij gefantaseerd.  En ja hoor, ik kende ze allemaal van aan de binnenkant.  Ook ik heb trouwens, net als Valère, een periode achter de toog gestaan.

• ‘De verdwijningen’ ademt sfeer en spreekt de zintuigen aan.  De kortfilm van Valère in boekvorm?

Nee, daar heeft Valère noch het talent noch de discipline voor.  Maar dat mijn romans sfeer uitademen ligt aan het feit, denk ik, dat ik zelf gefilmd heb.  Laat ons eerder stellen dat het een van de vele speelfilms van Conrad in boekvorm is.

• Valère hopt over en weer tussen twee werelden.  Op welk moment vind jij hem het sympathiekst?

Zelf ben ik altijd een kameleon geweest die zich zowat overal gemakkelijk, van de ene dag op de andere, aan de meest uiteenlopende milieus wist aan te passen.  Maar dan eerder als Woody Allens personage Zelig die praktisch ‘de andere wordt’.  Van de opportunistische manier waarop Valère tussen arm en rijk, tussen revolutionair en reactionair pendelt, kan ik niet het minste respect opbrengen.  Ik vind hem geen moment sympathiek.

• Rina ontvlucht de wereld waarin Elza thuis is.  Toch wijdt ze haar doctoraat aan Proust in wiens romans het mondaine leven lijkt op de wereld waarin Elza graag vertoeft.  Is wat gebeurd is met broer Marcel dan de enige reden voor de fascinatie van Rina?

Men kan de mondaine, aristocratische wereld die Proust beschrijft moeilijk vergelijken met die van de ‘vulgaire nouveaux riches’ waarvoor de familie Torfs model staat.  Misschien is het precies om dit gebrek aan klasse en raffinement te ontvluchten dat Rina zich in de wereld van Proust inleeft.  Al is ze natuurlijk veel complexer dan dat.

Wat er met de kleine Marcel is gebeurd, is bijna een allegorie voor de schade die de schoonheid kan aanrichten bij iemand die er oog en begrip voor heeft.  Wie de schoonheid in de ogen kijkt, kijkt de dood in de ogen.

• Alle pogingen van Valère om richting te geven aan zijn leven monden uit in teleurstelling.  Hij is werkelijk niet voor het geluk geboren?  Kreeg de somberheid uiteindelijk ook geen vat op jou tijdens het schrijven?

Mislukkelingen, antihelden die onafwendbaar hun lot ondergaan en er het slachtoffer van worden zijn romans noirs personages bij uitstek.  Ik denk dat niemand voor het geluk of het ongeluk geboren is.  Beiden maak je zelf.  En nee hoor, wat op mij vat heeft, is de somberheid van de wereld waarin wij leven, en die misschien leidt naar de romans noirs die ik schrijf.  Mijn boeken hebben geen vat op mij.

• Koos of maakte je zelf de cover?  Prachtig hoe die past bij het verhaal!

Ik bezat in mijn archief die foto waarop ik in 1974 voor het raam sta, in het appartementje dat ik toen in de Pelgrimstraat met mijn oosterse vriendin deelde en dat als decor dient voor het begin van het boek.  De idee van het lege raam (de verdwijning) op de achterflap is van mijn vriend Dominik Lybaert.  Ik sta altijd open voor interessante voorstellen en in het algemeen heb ik inspraak wat de covers en de lay-out betreffen.  De meeste covers heb ik zelf ontworpen.  Soms laat ik de lettering aan derden over.


 • Je hebt heel wat thrillers op jouw naam staan.  Komt er daar ooit nog eentje van?  Of heb je eerder plannen voor een volgende roman noir?  Wil/Kan je hierover al iets delen met de lezers?

Ik denk een stuk of 18, 19.  Mijn bedoeling is om een dubbele decaloog te schrijven.  20 romans over liefde en dood (en onnoemelijk veel meer – een soort lokale ‘comédie humaine’) die zich in Antwerpen in de tweede helft van de vorige eeuw afspelen.  Ik ben een beetje de tel kwijt, maar ik denk dat ik nu aan de laatste bezig ben.  Hij verschijnt in elk geval in 2023.  Te vroeg dus om al iets te verklappen.

 

Dat klinkt als een belofte tot het verschaffen van heel veel interessant leesplezier.  Een soort van lokale comédie humaine in Antwerpen in 20 delen!  We plannen best genoeg leestijd in 2023!  Bedankt voor jouw interessante antwoorden, Patrick.  Ik noteer alvast jouw decaloog in mijn agenda!

Anita voor Thrillerlezers!/Boekinkt

 

 

zaterdag 7 augustus 2021

Interview met Jos Pierreux

 


Het is een vaste traditie geworden: elk jaar mogen we een nieuwe ‘Luk Borré’ verwelkomen.  De Knokse speurder en geesteskind van misdaadauteur Jos Pierreux is de spilfiguur in de misdaadromans die zich afspelen tegen het decor van de Belgische badstad.  Ik sprak met Jos Pierreux, geheel coronaproof uiteraard, en mocht hem honderduit vragen stellen over zijn nieuwste thriller ‘Russische poppetjes’ en natuurlijk ook over Luk.

Heel leuk om weten:  ‘Russische poppetjes’ is aan een tweede druk toe! 

 

Elke leeftijd heeft zijn speelgoed. Wat zijn volwassenen meer dan grote kinderen die spelen met échte poppetjes?    Jos Pierreux

 

Jos Pierreux, het is alweer een jaar geleden dat we elkaar voor het eerst ‘spraken’.  Hoe gaat het ondertussen met jou?

Op persoonlijk vlak zijn er geen problemen, dank je. Gezond en wel – op een paar coronakilo’s na die ik er moeizaam af probeer te fitnessen. Ik kreeg gisteren het bericht dat 'Russische Poppetjes' na een maand aan een tweede druk toe is, dus ook dat zit snor. Wat de maatschappij betreft, zie ik het somberder in. De burger voelt zich niet meer veilig bij de politicus, de politicus is bang van de kiezer – en niemand vertrouwt nog de democratie.

• De werktitel waar je het toen over had, is de titel van jouw nieuwste ‘Luk Borré’ geworden.  Hoe kwam je op het idee van die Russische poppetjes?  (Het is toch niet onmiddellijk iets wat we regelmatig zien of gebruiken in het dagelijkse leven?)

Ik vond het een ‘catchy’ titel maar dacht dat hij al meermaals gebruikt zou zijn geworden. Toen ik ‘Russische Poppetjes’ googelde, bleek echter van niet. Vanaf dan heb ik niet langer getwijfeld.



• Luk is heel neerslachtig in dit deel van de serie.  Je zet dat treffend om in beeld.  Kan je je verplaatsen in zijn somberheid?

Jammer genoeg wel. Gelukkig zijn er de (zelf)spot, de relativering en het cynisme om beroep op te doen.

• Komt het ooit nog helemaal goed met hem?

Wie last heeft van somberheid leert daarmee leven – of maakt er een eind aan. Het gevoel van ‘tristesse’ raakt Luk nooit kwijt, vrees ik.

• Denk je dat zijn relatie met Rena blijft duren?  Op een gegeven moment denkt Luk zelf: ‘RIP de hormonen die het huis verlaten.’.  Gaat Rena dat accepteren?

Hun liefde is die van twee eenzamen die moeizaam mét, maar absoluut niet zónder elkaar kunnen. Die relatie is totterdood. Dat kan ik met vrij grote zekerheid zeggen. Rena en Luk zijn onvolledige mensen en hebben elkaar nodig – in slechte en in goede tijden.

• Heel ontroerend is het beeld van Luk die pootje gaat baden en troost zoekt bij de zee.  Zoek je zelf ook de zee op om na te denken, om problemen in perspectief te plaatsen?

Fietsen. Een lange, eenzame autorit. Fitness en muziek zijn ook ‘probleemoplossers’. Maar het strand en de zee zijn er inderdaad niet enkel om te zonnen en te ontspannen. Dat merkte ik gisteren nog.

• Je kaart heel wat serieuze onderwerpen aan via het personage van Luk.  De wereld aan het puberinfuus met Anuna en Greta, genderkwesties, partnergeweld, om er maar enkele te noemen.  Onderwerpen die jou als Jos Pierreux ook bezig houden?

Meer en meer. Mijn generatie heeft gevochten voor een vrijheid die nu aan ijltempo weggegeven wordt. Ik begrijp het niet. Ik begrijp het écht niet.

Dezelfde politici die op geen enkel moment op een coherente manier de coronacrisis konden beheersen, gaan nu de klimaattoestand aanpakken?!  Ik hou mijn hart vast.

Volgens mij is het probleem de overbevolking. Intussen blijft men mensen geld geven/aanmoedigen om zich voort te planten.

• Is boeken schrijven een uitlaatklep voor jou?

Dat is duidelijk.


• De toon is vrij pessimistisch.  Is dat jouw eigen toon?  Het sarcasme en het cynisme mogen we ook aan jou toeschrijven?

Het Vrije Westen gaat naar de verdoemenis, een zwalpend Europa staat op springen en België op ontploffen. We staan op het dek van een Titanic die niet tegen één maar tegen verschillende ijsbergen dreigt te varen.  ‘Let the music play on.’ Wat anders?

• De Knokse immowereld tekent ook present.  Ben je ooit zelf al van dichtbij of van veraf in contact gekomen met de agressieve praktijken van de immowereld?

Dat de bouwwereld mij niet vreemd is, is een understatement. Ik verdiende er meer dan dertig jaar mijn kost. Het is een wereld van en voor haaien – maar, weet je, de culturele wereld is zeker niet beter.

• De Daxjes knallen dat het een lieve lust is in de straten van Knokke.

Ook in het Zoute?  Zijn zij echt zo’n plaag als beschreven in ‘Russische poppetjes’?

Ieder zijn ding maar ik heb last van tinnitus en die krengen maken een afschuwelijk lawaai. Aan de andere kant vind ik een zwerm 49cc-motors die tussen een rij dreamcars wriemelt best een grappig beeld. Ook hebben de Dax-Boyz aanzet gegeven voor Russische Poppetjes (de ‘inspiratie’). Waardoor ze bij mij nog weinig fout kunnen doen.

• Ben je ooit zelf de trotse jonge eigenaar geweest van zo’n knallend transportmiddel?  Ik meen toch enige nostalgie te bespeuren.

Ik had jaren ‘80-’90 zeer nauwe banden met een motorclub (inclusief colours en emblemen) en schreef jarenlang verhalen voor hun clubblad. 

Met zo’n tweewieler heeft dit mietje echter nooit gereden. I’m a writer, not a fighter.

• In ‘Russische poppetjes’ komen nogal wat meldingen binnen van ongelukjes/misdrijven allerhande.  Fictief allemaal of moeten de Knokkenaars zich echt zorgen beginnen te maken?

Knokke is naar het schijnt een van de veiligste steden van het land. Zelfs mocht dat niet waar zijn, dan slaagt men er toch uitstekend in om het zo voor te stellen. Een veiligheidsgevoel is voor de burger zeer belangrijk. Dat schatten onze plaatselijke politici goed in.

Maar ik gebruikte inderdaad voortdurend plaatselijke faits divers. Soms zijn dat dingen uit het verleden, dikte ik een en ander aan of verhuisde gebeurtenissen naar een ander deel van de stad.  De verbindingen die ik gelegd heb, komen echter uit mijn ziek brein.




• Luk en Walter trekken één enkele keer het binnenland in.  Kom je zelf nog graag naar het binnenland?

Om de vrienden te zien. Anders hoeft het niet.

• ‘De gemakkelijkste manier om Romein te worden, is in Rome gaan wonen.’  Jij wou dus Knokkenaar worden?

Inderdaad. Ik voel hier de verwondering van het jongetje over hoe het leven kan zijn.

• ‘Knokke is een merkwaardige stad’ is te lezen in ‘Russische poppetjes’.  De Zoutenaren zijn een ‘raar volk’.  Blijf je toch steeds de badplaats en zijn inwoners als een ‘aangespoelde’ bekijken?  Beschouw je jezelf net als Ziggy als een ‘migrant light’?

Als je ergens gaat wonen, moet je een beetje moeite doen, vind ik. Het West-Vlaams zal ik nooit beheersen maar mede door mijn boeken word ik hier goed aanvaard. Ook heeft een toeristische trekpleister veel gezichten. In de zomerdrukte gaan alle Knokkenaren op in de massa om toerist te worden in hun eigen stad.

  Er duikt ook een enkel Frans zinnetje op als het gaat over de rijken in Knokke.  Is dat ook de reden waarom de papieren vlinder is uitgeknipt uit een Franstalige krant?  Een verband met de rijken die het zich kunnen veroorloven vastgoed te kopen in Knokke?

De tijd dat alle ‘rijken’ veelal Belgicistisch en Franssprekend waren, is (gelukkig) voorbij.

De ‘bebloede vlinder’ kreeg ik als verjaardagskaartje van Luc Claessens, de artiest die wel vaker op mijn omslagen voor een beeld zorgt. In werkelijkheid is het ding maar een paar centimeter groot. De vlinder kroop zo diep in mijn hoofd dat ik een tiental pagina’s schrapte en herschreef. Dat Luc hem uit een Franstalige krant knipte, zagen we pas toen we het ding vergrootten. Eerlijk? Ik had het liever anders gezien maar een kunstwerk is wat het is.

• ‘Poen gedraagt zich als een luis en kruipt van hoofd naar hoofd.’  Wie wil er nu luizen, zou je denken? 😊

Mocht jeuk een teken zijn van weelde, Vuitton zou geen handtassen maken maar krabbers.

• Op een bepaald moment opper je het idee dat misschien zelfs Antoine de Saint-Exupéry zich ooit moet verantwoorden voor seksisme of racisme.  Denk je dat we met zijn allen een beetje te overgevoelig aan het worden zijn? 

AB-SO-LUUT. Wat mij betreft is vrije meningsuiting heilig. Als iemand onzin wil verkopen, dan is dat zijn verdomd recht. Censuur is veel en veel gevaarlijker. Dingen niet mogen zeggen of schrijven? Ik gruw ervan. Seksisme en racisme bestaan, laat dat duidelijk zijn. Maar het is niet door mensen de mond te snoeren dat problemen opgelost geraken. Noch door op elke denkbeeldige slak zout te leggen.

• Ben je bang dat jou dat zou kunnen overkomen?

1984 ligt niet in het verleden maar in de nabije toekomst, vrees ik.

Het overkomt mij regelmatig. Zo had ik in een vorig boek ‘een zwangere vrouw’ een ‘toekomstige moeder’ genoemd. Een bepaalde pers vindt dat ‘verdacht’.

Ik behoud mij nochtans het recht voor om te beledigen en beledigd te worden. Niemands meester, niemands knecht!

Tegelijk besef ik dat de kans erin zit dat binnen afzienbare tijd boeken omwille van hun politiek incorrecte inhoud weer op een index terecht komen. Stel je voor!!!

• De metaforen, de taal van de zee, onverwachte combinaties maken ‘Russische poppetjes’ tot een feest om te lezen.  Vorig jaar noemde je het een ambacht.

Hoe kom je er toch bij om het beeld op te roepen van Moeder Teresa in bikini!?  Waar blijf je al dat moois vandaan halen?

Werken, wroeten, zoeken, niet te snel tevreden zijn.

• Russische poppetjes is weer genieten van begin tot eind. 

Wie ben ik om je tegen te spreken. Dank je wel.

Staat er ondertussen al een nieuwe ‘Borré’ in zijn beginschoenen?  Wil of kan je er al iets over kwijt?

Omdat ik ‘De Postbode belt altijd tweemaal’ (James M. Cain) had herlezen, werd ‘Een bootje in en dan de zee op’ de werktitel. Het boek speelt zich af tijdens de eerste lockdown. De ik-persoon is iemand buiten het team en het duurt een tijd eer Borré op de proppen komt.

Ik ben halverwege. (Denk ik, want soms gooi ik een manuscript alsnog helemaal om).

Zullen we gewoon weer afspreken volgend jaar? 😊

Bij leven en welzijn: graag.

‘Een bootje in en dan de zee op’ heb ik alvast genoteerd.  Jos, Thrillerlezers! en ik wensen jou nog heel veel schrijfplezier.  We zijn alvast begonnen met aftellen.  Dank je wel voor jouw openhartige antwoorden en jouw bereidwillige deelname aan dit ‘interview’.

Jij bedankt, Anita!

donderdag 29 juli 2021

Russische poppetjes van Jos Pierreux

 

   


Kwade vloek

Naar goede gewoonte komt Jos Pierreux ook dit jaar met een nieuwe ‘Luk Borré’.  ‘Russische poppetjes’. 

Jos Pierreux draagt het boek op aan Graaf Burgemeester Leopold Lippens.  De burgervader en fenomeen in Knokke en ver daarbuiten is onlangs overleden.  Terwijl zijn geest hoogstwaarschijnlijk nog rondwaart in de badstad is ook Jos hem nog niet vergeten.  Door het boek aan hem op te dragen wil de schrijver zijn nagedachtenis eren.

De titel van het boek en de uit krantenpapier geknipte bebloede vlinder op de cover vallen niet onmiddellijk samen te rijmen.  Tegelijkertijd eenvoudig en mysterieus.  Verzekerd van de wetenschap dat de keuze van de auteur inzake boekcovers nooit gratuit is, duik ik het boek in.

De opbouw van ‘Russische poppetjes’ rust op pijlers uit ‘Het Grootboek der Decimalen’.  Elk deel is een decimaal dat wordt ingeleid door een fragment uit een ‘cursus’ die gespeend lijkt van enige beroepsethiek.  Die passages die qua lay-out wat weg hebben van een gedicht maar dat allesbehalve zijn, situeren zich in het verleden (zo’n jaar vóór de bizarre voorvallen in Knokke), maar ‘orchestreren’ de gebeurtenissen in ‘Russische poppetjes’.

Russische poppetjes’ pikt de draad op daar waar ‘Het tweede skelet’ eindigde.  ‘Het tweede skelet’ vooraf lezen is niet echt noodzakelijk voor een goed begrip van deze misdaadroman, maar het geeft wel meer inzicht in de gevoeligheden die spelen binnen het Knokse politiekorps en in het leven van Luk Borré. 

Theofiel Mangels heeft zijn troon terug ingenomen en het is wellicht moeilijk te geloven, maar hij is onuitstaanbaarder dan ooit.  Luk Borré heeft de flop waarop de cold case in ‘Het tweede skelet’ is uitgedraaid nog niet verteerd.  Hij maakt als inspecteur opnieuw deel uit van het speurdersteam, maar of hem dat enige rust brengt is maar de vraag.

In de Van Steenestraat komt de ene na de andere melding binnen: geweld op straat, homejacking, home invasion, … .  Bovendien lijkt er een bendeoorlog te zijn uitgebroken tussen jonge Daxers en berijders van zware motoren.  Geen enkele gedupeerde wenst echter klacht indienen.  Bij de Knokse politie rijzen hoe langer hoe meer vragen.    

‘Russische poppetjes’ volgt deze keer van heel dichtbij Luk Borré en zijn nieuwe brigadier Walter Bekaert.  De zorg en de tact die Jos Pierreux aan de dag legt in de uitwerking van het personage van zowel Luk als Walter geven diepgang aan deze misdaadroman. 

Brulaap/Bullebak Theofiel Mangels heeft Luk Borré helemaal in het verdomhoekje gedreven.  Gevolg: in de Van Steenestraat wordt Luk helemaal links gelaten, bang als zijn collega’s zijn om ook door Mangels door de mangel te worden gehaald.  Tot overmaat van ramp verloopt ook zijn relatie met echtgenote Rena heel stroef. Luk plooit helemaal terug op zichzelf.    

De nieuwe brigadier heeft zo zijn eigen katten te geselen.  Hij begint heel gemotiveerd aan de job en is bereid tot grootse daden binnen het korps.  Volgens ome Freddy is hij nu een echte rockster.  Kan hij het gevecht met zijn eigen demonen winnen?

De voortgang van het verhaal drijft vooral op hun gedachten en hun beleving van de gebeurtenissen.

Jos Pierreux beschikt over veel inlevingsvermogen naar zijn personages toe.  Hij kijkt en luistert naar hen.  Hij kruipt onder hun huid en in hun hoofd; vertaalt in beeldende taal hun gevoelens en gedachten.  Resultaat: treffende Pierreux-eigen beelden en metaforen met de zee in de hoofdrol.  Als lezer ben je in de badstad, baad je pootje in het zeewater en kruipt het zand tussen je tenen; in de binnenstad knallen de uitlaten van de Daxjes en shop je mee in de drukke winkelstraten. 

Jos Pierreux noemde zijn taalkunstenaarschap eerder (interview 2020) een ambacht, maar zelfs na een jarenlange studie is het weinigen gegeven om zo natuurlijk en beeldend met taal om te gaan!  Zijn one-liners rollen van de bladzijden! En wie bedenkt zoiets als Moeder Teresa in bikini?  In Pierreux’ wereld ‘trilt’ een mond ‘als een uitgerekt elastiekje’; is een hoofd ‘intrekbaar als de kop van een suffe schildpad’. Stel je een ‘dierenactivist’ voor op een ‘zeehondenknuppelfeest’ of een ‘groene pleister op een openbouwwonde’, … Onverwachte associaties verpakt à la Pierreux leveren leuke en verrassende zinnen en passages op.

‘Russische poppetjes’ staat garant voor een grote portie sérieux.  Kleine en grote ergernissen veraf of dichtbij, de wereld aan het ‘puberinfuus’ met Greta en Anuna’, pesten, genderneutraliteit, partnergeweld, het tekort aan geschikte kandidaten bij de politie, de macht en gulzigheid van de immowereld in Knokke, …  Dit is maar een greep uit de bekommernissen die Luk Borré bezighouden, overgoten met een flinke dosis sarcasme en cynisme van de auteur.

De Russische poppetjes alsook de vlinder op de cover onthullen gaandeweg hun rol en betekenis.  Ontdek zelf hoe de vork aan de steel zit.  ‘Russische poppetjes’ mag niet ontbreken in jouw bibliotheek!




Anita

dinsdag 1 december 2020

Het huwelijk van tijd en ijs van Guido Eekhaut


Titel: Het huwelijk van tijd en ijs
Auteur: Guido Eekhaut
Uitgeverij: Vrijdag uitgeverij
Publicatiedatum: mei 2020
Recensie door: Tamara
Kraaien: 3

Drie mensen die elkaar niet kennen, nog nooit met elkaar gesproken hebben en van elkaar gehoord hebben, blijken alle 3 met elkaar verbonden te zijn. Zij maken alle drie jacht op één persoon, Lönnroth. Wanneer blijkt dat hun vaders hebben meegewerkt aan een experiment die door Lönnroth opgezet blijkt te zijn op Antarctica, zijn ze alle drie vastbesloten het mysterie op te lossen rond de verdwenen meisjes, Lönnroth en wat hun vaders daarin bijdragen.

“Hun kinderen kruipen misvormd in lichaam en geest over braakliggende terreinen, soms op bloederige knieën.”

Het heeft even geduurd voordat ik goed en wel in het verhaal zat. Zeker de eerste honderd pagina's waren even doorworstelen. Ik vond vooral in het begin dat er te veel nadruk werd gelegd op het vangen van Lönnroth.
Pas toen de tijdsprong naar het verleden werd gemaakt, werd het verhaal interessant. Je leest dan hoe de expeditie op poten wordt gezet en de eerste meisjes naar Antarctica wordt verscheept, met maar één doel, hun Thymus. Het is boeiend te lezen hoe het in die gemeenschap eraan toe ging en waar de Thymus voor werd gebruikt.

Maar de tijdsprongen erna waren ook erg aangenaam te lezen. De reis die de 3 bondgenoten maken naar het verlaten domein van de gemeenschap en de geheimen die er bewaard werden.
Langzaamaan wordt de puzzel stukje voor stukje opgelost, maar op het einde had ik niet het gevoel dat de puzzel compleet was....
Zo ben ik nog steeds erg benieuwd wie die man in het ijs was. Was het toch de timmerman of één van de onderzoekers? En waarom moest het onderzoek naar Lönnroth worden doorgezet?

Het verhaal is levendig geschreven, ik kreeg een beetje het gevoel dat het ging om schat zoeken voor volwassenen met de kaart met een kruis erop.

Het grootste minpunt van het verhaal vond ik wel het gebruik van sommige woorden. Het haalde mij steeds uit het verhaal waardoor het daarin zijn kracht erin verloor. Denk aan woorden als: schadefreude, gehypothekeerd, sofisticatie en extrapoleer. Voor mij woorden die vervangen had kunnen worden. Ook de cover vond ik niet sprekend. Een getekend schip met ijsschotsen in het rood. Zonder de achterflap te hebben gelezen, zou ik het boek wegzetten als jeugdboek.

Een origineel verhaal met een interessante kijk op het eeuwige leven. Wel hadden er wat lijntjes mooier weggewerkt mogen worden, maar desalniettemin een vlotlezend boek die lekker wegleest!


Spanning: 2
Originaliteit: 4
Psychologische ontwikkeling personages: 3
Leesplezier: 3
Schrijfstijl: 3
Plot: 2


vrijdag 7 augustus 2020

Wraak als leidraad


Titel: Mazzelaar
Auteur: Benny Baudewyns
Uitgeverij: Uitgeverij Vrijdag
Publicatiedatum: mei 2020
Recensie door: Anita
Kraaien: 4,5


Benny Baudewyns, van opleiding leraar wetenschappen – economie, was in een vorig leven actief als begrafenisondernemer. Reeds heel wat jaren terug kreeg de schrijfmicrobe hem te pakken.
‘Mazzelaar’ is in Vlaanderen niet echt een veelgebruikt woord. De mooi glanzende cover geeft vóór het lezen weinig of niks prijs. Het verband tussen titel en cover? Een mysterie. Het was dus met grote nieuwsgierigheid dat ik het boek indook.

Een weddenschap tussen drie mannen op zoek naar verstrooiing kent een nare afloop.
Een jaar later betekent de vermissing van een geit het begin van een reeks misdaden met dodelijke afloop. Inspecteur Delcroix zet, met de steun van zijn overste, hoofdinspectrice Leotard, zijn schouders onder het onderzoek. Zijn droom, een B&B openen, moet even on hold.

Benny Baudewyns verstaat de kunst om zijn lezers van bij het begin te intrigeren. Waarom eindigt het verhaal van de drie mannen ‘Een jaar geleden’ zo abrupt? Waar zijn ze gebleven verderop in het boek? Wat kan een vermiste geit aan het verhaal toevoegen? Eén ding staat vast: er is iets groots op til.
Initieel afzonderlijke verhaallijnen komen mooi samen. Verbanden tussen personages worden duidelijk. Maskers en vermommingen worden afgeworpen. De auteur heeft een sterk plot uitgewerkt en doet bij de lezer de ene vraag na de andere rijzen. ‘Mazzelaar’ is een puzzel waarvan de stukjes één na één moeten worden omgedraaid en in elkaar gepast.

‘Mazzelaar’ is geen whodunitverhaal, maar geeft een goede inkijk in het misdadige en zieke brein van de dader. De ‘ik’-persoon is de ruggengraat van het verhaal. Zijn verleden geeft hij prijs onder de vorm van brieven (in een ander lettertype) en wordt met de lezer gedeeld door de psycholoog die de teksten met stijgende bezorgdheid en argwaan (voor)leest. Het heden en de actie zijn voor rekening van ‘ik’. Alle info samengevoegd geeft uiteindelijk een volledig beeld van de hoofdpersoon. Het personage is levensecht neergezet en laat de lezer niet onverschillig. Ik vind het ook heel verfrissend dat de schrijver de ‘glansrol’ volledig toekent aan de dader. In ‘Mazzelaar’ geen inspecteur van politie die gebukt gaat onder grote trauma’s. De dader daarentegen ...

De kracht van het verhaal zit in de actie die loopt over een tijdspanne van een week. Zijn verleden als begrafenisondernemer verschaft de auteur de nodige kennis over het reilen en zeilen op de openbare administratieve diensten. Brussel en omgeving heeft hij in zijn broekzak. Dat de actie de personages van Brussel over Málaga naar Gibraltar brengt, is niet vreemd aan het feit dat Andalousië, Zuid-Spanje de nieuwe thuis is van de auteur. Op de scooter, met de auto, per boot of met het vliegtuig, het verhaal en de personages zijn steeds in beweging. Het tempo ligt hoog; het plot is met veel vaart geschreven. De spanning is altijd aanwezig: onheil ligt steeds op de loer. De ‘ik’-persoon belooft grote actie. Plottwist na plottwist. Geen enkel saai moment. Je houdt je adem in. Gevolg: je wil steeds maar doorlezen. Niet goed voor je nachtrust!

Benny Baudewyns beschikt over een vlotte pen. Geen overbodige uitweidingen. Altijd to the point. Zo nu en dan verrast de schrijver met een leuke passage:
p. 212 ‘’Ik denk dat hij de badge wilde verbranden’. Delcroix knikte. ‘Zou wel eens kunnen. Een symbolische daad? Hier word ik ongemakkelijk van. Hij lijkt zijn bruggen achter zich te verbranden. Verdomme, hij neemt dat letterlijk.’’

Het gebruik van verschillende lettertypen, handschriften, doorhalingen en onderlijningen voor en in brieven, agenda’s, aantekeningen, … verrijkt de leeservaring.

De acties, de personages, de locaties, de schrijfstijl … het boek leest als een film. Wie oh wie zou het verknipte hoofdpersonage een gezicht kunnen geven op het grote scherm? Benny Baudewyns ziet in Matthias Schoenaerts alvast de geknipte persoon. Ik ben het met hem eens!



vrijdag 19 juni 2020

Vissen praten niet van Tine Bergen


Titel: Vissen praten niet
Auteur: Tine Bergen
Uitgeverij: Vrijdag
Recensie door Lisa 
Waardering 4,5 kraaien

Korte inhoud:
Op een donderdagmorgen eind augustus staat de politie bij Flo aan de deur. Ze wordt verdacht van moord op David De Vadder, de vader van een van de kleuters uit haar klas. Flo wordt meegenomen voor een gesprek over de voorbije zomer. Een gesprek over blauwe plekken op kinderruggen, temperamentvolle vakantieliefdes, chocolade en doodsbedreigingen over de babyfoon. Een gesprek dat niet alleen haar leven maar ook dat van heel wat anderen onherroepelijk zal veranderen. Flo leert wat ze eigenlijk al wist: dat er ergere zaken zijn dan van moord verdacht worden. Een gesprek dat uiteindelijk vooral gaat over wat niet wordt gezegd. Want vissen praten niet.

Mijn mening
Vissen praten niet is toch wel een van de mooiste titels van het afgelopen jaar te noemen. Origineel, valt op en je vraagt je vooral af ‘Wat zouden die vissen te vertellen hebben wanneer ze wél konden praten?’
Als je denkt dat de titel een gimmick is en er verder geen enkele vis meer in voorkomt, denk maar opnieuw. Er is wel degelijk een reden voor die titel, net zoals er redenen zijn voor alle lijntjes waarnaar gretig gehengeld kan worden.
Het hoofdpersonage Flo is een intrigerende persoonlijkheid die je mondjesmaat leert kennen doorheen het hele boek. Je weet aanvankelijk nauwelijks wie ze is, maar naarmate het verhaal – en dus ook haar voorgeschiedenis - vordert, begin je een heel duidelijk inzicht te krijgen in haar en hoe zij in elkaar steekt. Dit maakt dat je als lezer zo diep meegaat in haar hele leefwereld, dat je ook met haar meeleeft.
Er zijn verschillende prangende en harde verhaallijnen in het boek, van een mogelijke beschuldiging van kindermishandeling tot de machteloosheid van de persoon (Flo) die dit probeert aan te kaarten, maar door niemand geloofd wordt. Omdat je het verhaal volgt vanuit haar redeneringen, moet je je af en toe wel de vraag stellen of ze wel een betrouwbare verteller is.
Gerucht na gerucht volgt elkaar op, tot je als lezer met zoveel vraagtekens zit over de waarheid van die geruchten, dat het geheel een beladen gevoel mee krijgt. De onderhuidse spanningen zijn voelbaar aanwezig op elke pagina, waardoor je ademloos mee volgt hoe het allemaal zal eindigen.
Vissen praten niet is meeslepend, gevoelig, intens en sterk verteld door een auteur die al meermaals heeft bewezen dat ze er staat. Zowel als jeugdauteur als thrillerauteur die het niet moet hebben van bloederige scènes of harde actie, bewijst ze dat ze terecht genomineerd werd voor de Hercules Poirot-wedstrijd van 2019. Ze had dit wat mij betreft gerust mogen winnen.
4,5 kraaien.

zaterdag 28 april 2018

Diep in december van Patrick Conrad


Titel : Diep in december
Auteur : Patrick Conrad
Uitgeverij : Uitgeverij Vrijdag
ISBN : 978 94 6001 631 8

Film noir, roman noir, thriller noir … ik hou er zo van.  Een donker gewaad dat mooi gesluierd ligt op de duizenden woorden die een verhaal rauw maken en een zwaarmoedig gevoel geven. 
Op de prachtige zwart-wit getinte cover staat in het oudroze ‘roman noir’.  Ontkennen doe ik het niet, dit verhaal deint inderdaad tussen een roman en een thriller. 

‘Haar vormeloze benen vertoonden zwarte en paarse vlekken en door de scheuren in haar nylonkousen puilden gistende vleesblazen naar buiten als zwammen op een boomstronk.’

Theo Wolf, 60 jaar en ex-politie inspecteur is na een gevangenisstraf aan de slag bij Rat-O-Kill.  Wanneer hij, na zijn korte opleiding als rattenvanger, een opdracht krijgt in een leegstaand pand ontdekt hij het rottende lijk van een dame.  Haar hoofd in een plastiek zak en op de achtergrond de tonen van ‘Deep in December’.  Zijn politiebloed borrelt.  Met behulp van Lybaert, de bewoner van het pand aan de overkant graaft hij een weg naar het verleden.  De weg leidt hen, via een medewerker van de wasserette CleanMatic, naar nachtclub Star Trek.  Komt Wolf uiteindelijk te weten wie de dame in kwestie is ?  Wat heeft de grote brand van 1967 in de Innovation te maken met haar ? En wie is nu in godsnaam de zakkenmoordenaar ?

‘Ze zijn nooit ver, de doden, en ze luisteren omdat ze tijd in overvloed hebben.’

Dit boek bevat tientallen quotes die één voor één te koesteren zijn.  Wat hou ik toch van Wolf èn vooral ook van de manier van schrijven van diens bezieler .  Naast de moorden gaat dit boek over zoveel meer.  Meermaals heb ik zinnen gelezen en herlezen.  Het boek dichtgeslagen en mijmerend uit het raam gekeken.  Heb ik nagedacht over de woorden, over de zinnen.  Telkens weer sijpelden ze zo door naar mijn brein om nadien hun spoor te vinden naar mijn hart. 
Er zijn in deze huidige maatschappij vele mensen zoals Theo Wolf.  Eenzamen, verstotenen, onbegrepen personen omdat de wereld en de medemens niet strookt met hun gedachtegang.  Of is het omgekeerd, heeft deze wereld nog oog voor zijn medemens, kunnen wij nog op een respectvolle manier omgaan met elkaar ?  Hebben we het lef nog om onze eigen mening te uiten ?  Of lopen we liever mee in het rijtje … als een kuddedier ?    
‘Diep in december’ toont wat voor verdriet of pijn er schuilt achter een masker.  We dromen of leven soms in een dubieus bestaan om de harde realiteit te ontvluchten.  Sommigen kruipen dagelijks uit hun bed om te overleven, elke keer weer dat gevecht om een beetje waardering.  Elke avond met dat lege gevoel in bed kruipen, hopend op een betere dag, een warm gevoel. 

Conrad gebruikt vooral in het begin van het boek lange, uitgebreide zinnen van soms wel 3 tot 4 regels lang.  Dat schrikt af, maar geleidelijk aan wen je aan zijn schrijfstijl en duikt die drang tot uitweiden stelselmatig weg.  Dat de auteur tevens ook kunstenaar en filmmaker is merk je. Deze vaardigheid komt de enscenering enkel maar ten goede, want dit verhaal steunt niet enkel op de prachtige taal of de karaktervolle personages.  Neen, ook qua plaats -en ruimtebeschrijving is de auteur subliem te werk gegaan.  Als bewoner van Zwijndrecht ken ik Antwerpen best heel goed en kan ik me de straten en locaties best duidelijk voorstellen.  Iedereen kent in een grote stad wel een iets minder koosjere stationsbuurt of een achterbuurt waar veel leegstaande panden zijn.  De auteur beschrijft de taferelen zo puur en gevoelig dat als je dit verhaal leest ook de muffe geur, de verdorvenheid, … bijna kan ruiken, kan aanvoelen. 

‘Diep in december’ is een krachtig, emotioneel boek over een man die warmte zoekt en vindt.  Voor eeuwig.

Wat mij betreft zeer zeker 5 kraaien waard !

Ann











vrijdag 12 januari 2018

Andromeda van Jef Schokkaert

Titel: Andromeda
Auteur: Jef Schokkaert
Uitgeverij: Vrijdag
Publicatiejaar 2017


Achterflap

2055. In de Engelse kuststad Dunwich steekt een negentienjarig meisje zichzelf in brand tijdens een manifestatie bij een natuurreservaat.
Haar wanhoopsdaad is verbonden met een noodlottige gebeurtenis in 2017, wanneer een tuinfeest wordt opgeschrikt door een terreurdaad die de gang van de geschiedenis definitief in een nieuwe richting duwt en twee mensen naar de voorgrond schuift: Thomas Walden en Hazel Newton.
Andromeda combineert de actuele uitdagingen van terrorisme, cybercriminaliteit en de milieuproblematiek met vragen van alle tijden over onbeantwoorde liefde, vergankelijkheid en vooral: welke gevolgen hebben onze beslissingen, tijdens ons leven en erna? En aan welke gevolgen zijn we schuldig?




'Andromeda’ speelt zich af rondom Dunwich. Met heel wat sprongen tussen 2017 en 2055 wordt er beetje bij beetje een verhaal gecreëerd waarover enkele generaties heen een grijze wikkel getrokken werd. Doorzetting, rebellie, klimaat en terreurdaad zijn thema’s die uitvoerig aan bod komen. 
Maar wat een worsteling was voor sommige personages was met momenten een waar gevecht voor mij als lezer. Spijtig, want je merkt dat de Jef Schokkaert zeer veel, maar echt enorm veel tijd heeft besteed vooraleer 'Andromeda' gepubliceerd werd. Een research en vakmanschap om u tegen te zeggen. En toch, ja toch kon het mij niet helemaal bekoren. Het aantal personages was genoeg gedoseerd en sommigen waren enorm prachtig beschreven. Voor de stukken rondom Hazel en Thomas waren subliem, rauw en vol emotie. Het verhaal op zich en de thema's op zich bevielen me ook prima, maar ik vrees dat de uitweiding, de extra informatie (die er trouwens op het eerste zicht een interessant zijspoor boden) me uiteindelijk niet overstag deden gaan. 
‘Andromeda’ lees je niet op enkele dagen uit, hiervoor moet je je tijd nemen doch vraagt het verhaal om het boek niet te lang opzij te laten liggen want anders wordt het nog moeilijk te volgen.

Mijn verwachtingen waren hoog en had na het lezen van de achterflap gedacht dat er een hoger thrillergehalte in verweven zat. Toch wil ik niemand ontmoedigen, smaken verschillen nu eenmaal. Gelukkig maar !


Ann