zaterdag 2 november 2019

Lees je thrillers enkel om de spanning?



Twee driesterrenrecensies voor David Koepps Koelcel (HarperCollins, vertaald door Tasio Ferrand). Dat verbaasde me. Tuurlijk, smaken verschillen, maar het leek of de betreffende recensenten deze thriller enkel beoordeelden op zijn spanningswaarde.
Dat ik het boek briljant vond, kwam door wat er tússen de actie- en spannende scènes gebeurt; door hoe Koepp zijn personages tot leven brengt, psychologisch fileert, op de hak neemt en laat ontroeren. Door hoe hij zelfs een schimmel(!) tot leven brengt (in de derde persoon). En door hoe hij me zowel kippenvel als een klein aha-moment bezorgde.

Zo heb je Mike, die de verwachtingen van zijn diep christelijke gezin niet waar heeft kunnen maken en die gebukt gaat onder een gigantisch schuldgevoel.

Mike was een paar maanden geleden teruggekomen naar Atchison, was als held onthaald en opnieuw tegen de verstikkende boezem van zijn familie gedrukt. Hij had er bijna direct al spijt van gekregen dat hij was teruggekomen, zodra hij hun betraande en veroordelende ogen op zich voelde, ogen waaruit sprak dat ze hem alles hadden vergeven; zijn zwakte, zijn lafheid, zijn totale gebrek aan artistieke kwaliteiten.

In bovenstaande alinea gaat het mij om ‘vergeven’. Anderen hun zonden vergeven heeft dus een schaduwzijde waar ik nooit eerder bij stilgestaan heb: het kan hen confronteren mét die zonden (als je het niet waarmaken van verwachtingen al een zonde mag noemen) en dus averechts werken.

En je hebt Teacake, die een oogje heeft op Naomi, die bij dezelfde opslagunits werkt, en die haar gevolgd is naar haar huis, waar hij haar vanuit zijn auto observeert.

Teacake liet zijn raam wat zakken, een klein stukje maar. Hij was net dichtbij genoeg om een paar woorden op te vangen. Niet die van het kleine meisje – haar ratelende kleine-meisjesstem klonk zacht en gedempt vanuit de auto – maar hij kon horen hoe Naomi reageerde op het moment dat haar dochter even pauzeerde om adem te halen. ‘Ik begrijp je, lieverd. Dat is goed waardeloos.’ En daarna sloot ze het portier.
            Dat had hem zo ontzettend diep geraakt. Het was niet: ‘O, kom op, zo erg is het vast niet,’ of: ‘Schatje, alsjeblieft, we komen te laat,’ of: ‘Dat is stomme achterlijke bullshit, je moet je kop eens houden wanneer je met mensen praat.’ Het was: ‘Ik begrijp je, dat is goed waardeloos.’ Dat was het enige, echt het enige wat hij van mensen wilde wanneer hij met ze sprak. Gehoord worden. En dat gaf deze vrouw zelfs al aan een vierjarig kind, nadat ze de hele nacht op was geweest.

Goed, als dit niets bij je doet resoneren, kun je het boek óók nog gewoon lezen voor de spanning. Maar echt, lees je enkel dáárom thrillers?

Rob Steijger is veellezer en freelance redacteur. Zijn website: www.fzeven.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten