Marion Pauw is een bezige bij. Als schrijfster werd ze meermaals genomineerd voor meerdere prijzen. Met ‘Daglicht’, dat ondertussen ook werd verfilmd, won ze de Gouden strop (2009) en de Icepick Award (2016). Daarnaast is ze ook actief als scenariste. ‘Vogeleiland’ ligt sinds mei in de boekenwinkel. Thrillerlezers! mocht ‘op bezoek’ komen.
• Marion, voor de Thrillerlezers
die jou nog niet zouden kennen, hoe zou jij jezelf vatten in 4 goed gekozen
woorden?
Creatief, avontuurlijk, lief, leergierig.
• Hoe is het idee voor
‘Vogeleiland’ ontstaan? Is het gebaseerd
op waargebeurde feiten?
Toen Ruinerwold in het nieuws kwam,
was ik echt verbaasd over dat mensen in zo’n dichtbevolkt land onder de radar
kunnen leven. Dat er zelfs kinderen zijn die niet aangegeven zijn bij de
Burgerlijke Stand. En ik zag er natuurlijk meteen ook een thriller in.
• Vogeleiland bestaat
echt? Waarom koos je voor deze plek voor
het boek?
Voor het televisieprogramma ‘Wie
overleeft Nederland’ overnachtte ik ooit drie dagen op de Ramspolplaat, dat is
een van de andere eilanden (naast Vogeleiland) in de IJsseldelta. Ik was
overdonderd door de schoonheid van de eilanden, maar ook van het feit dat er
werkelijk niemand was. Dit is dus een plek waar je zomaar stiekem zou kunnen
gaan wonen. Er is genoeg eten te vinden en de eilanden zelf zijn beschermd, dus
er komen geen toeristen.
• Ben je op prospectie
geweest op het eiland?
Toen ik had besloten om mijn boek
zich op Vogeleiland zich te laten afspelen, ben ik enkele malen terug geweest
met een rattenvanger die dat gebied onder zijn beheer had. Hij wist vreselijk
veel te vertellen over de natuur en historie. Daardoor kwam ik ook op het idee
om Berend een rattenvanger te maken. Het is altijd verrassend op welke dingen
je stuit tijdens je research.
• Je draagt reeds de
naam van een vogel in jouw naam. Pauwen komen niet voor op ‘Vogeleiland’. In ‘De Vogel’ van Tim Visterin (ken je het
liedje?) verzucht een jongetje ‘Ach meneer, een mooie vogel wil ik zijn’. Welke vogel op ‘Vogeleiland’ zou jij willen
zijn en waarom?
De zeearend natuurlijk! Een prachtige, spectaculaire vogel die pas sinds een paar jaar in ons land broedt.
• Vogels, planten en
kruiden krijgen nogal wat aandacht. Ben
je daarin thuis? Of heb je onder het schrijven
van dit boek net veel bijgeleerd?
Daar heb ik me heel erg in verdiept.
Ik vind het zelf altijd heel mooi als de natuur bijna een personage op zich
wordt. En door die natuur heel specifiek te omschrijvend, krijgt de lezer nog
meer het gevoel dat iets waar gebeurd is.
• Pup is heel bedreven
in het vissen en jagen. Zij redt zich
prima. Zou jij kunnen overleven op een
eiland?
Ja, dat denk ik wel. Er zwemmen veel
vissen en rivierkreeftjes en ook qua planten is er heel veel te vinden. Alleen
in de winter wordt het wat lastiger. Koud ook!
• Wat zou jij missen uit
de buitenwereld?
Netflix! Ik vind het heerlijk om
serietjes te kijken. Maar als ik echt eerlijk ben, ben ik vooral verslaafd aan
realityprogramma’s zoals Expeditie Robinson en onlangs heb ik gesmuld van
B&B vol Liefde en The Bachelor. Dat intermenselijke gedoe! De
miscommunicatie, onzekerheden, compensatiegedrag. Heerlijk om naar te kijken.
• Wat zou jij absoluut meenemen naar jouw eiland?
Mijn ereader, zodat ik heel veel kan
lezen. Lezen is mijn allergrootste hobby. Eigenlijk lees ik liever papier, maar
sinds ik in Spanje woon, lukt het me niet meer om zoveel boeken aan te slepen,
dus nu ben ik overgestapt op elektronisch.
• Nicole maakt in Finca la Soledad een
hele persoonlijke evolutie door. Waarom
moet ze daarvoor naar Spanje? Is er een
link met jou persoonlijk?
Ik ben zelf onlangs naar Spanje verhuisd en
in het begin bracht ik er heel veel tijd alleen door. Dat vond ik erg spannend,
en tegelijkertijd heel helend en leerzaam. Het heeft me echt een sterker en
tevredener mens gemaakt.
• ‘Vogeleiland’ is
opgebouwd op de perspectieven van Berend, Nicole en Pup. De verhaallijnen situeren zich in
verschillende tijdszones. Was het
evident om die tijdszones steeds van elkaar te onderscheiden en te respecteren?
Het was een hele puzzel om deze
lijnen goed op elkaar aan te laten sluiten. Het allerleukste is natuurlijk als
je over dezelfde gebeurtenis leest, maar dan net vanuit een ander perspectief,
waardoor de hele zaak weer verandert. Tegelijkertijd wil je niet te veel
overlap. Het ‘spelletje’ tussen de drie personages met ieder hun eigen beleving
was ontzettend leuk en uitdagend om te schrijven. Ik heb overwogen om eerst
letterlijk de tijd boven de hoofdstukken te zetten, maar daar heb ik toch van
afgezien. Het maakte je eerder te bewust van iets wat je onbewust toch echt wel
begrijpt. Ook vind ik dat de lezer zelf iets te puzzelen moet hebben.
• Hoe verliep het
schrijven concreet? Schreef je de
passages in de volgorde waarin ze voorkomen in het boek of werkte je eerst elk
perspectief apart uit?
Ik schrijf altijd graag vanuit
meerdere personages, omdat als je de één een beetje zat bent, je altijd weer
verder kunt met de ander! Het duurde het langste voordat ik Pup in mijn hoofd
had. Zij heeft een hele specifieke vertelstem en die had ik niet meteen te
pakken. Het klinkt een beetje gek, maar ik wacht altijd tot een personage tegen
me begint te praten en dan weet ik dat het tijd is om hem of haar aan het woord
te laten.
• Je besteedt veel
aandacht aan de psychologie van jouw personages. Begrijp je hen allemaal?
Jazeker. Die psychologie vind ik het
allerinteressants. Ik vind het ook belangrijk dat je je kunt inleven in de
dader. Daarom zal ik niet snel over een psychopaat schrijven. Die wil gewoon
een kick en voelt verder niet veel. Dat boeit mij niet. Ik vind het juist
interessant om uit te zoeken waarom ogenschijnlijk normale mensen tot
bijzondere daden komen.
• Zijn ze geïnspireerd op mensen die je
kent? Hoe begin je aan de creatie van een
personage?
Ik heb een vaag idee over een
personage en naarmate de tijd vordert beginnen ze steeds duidelijker voor me te
worden. En op een gegeven moment begin ik met schrijven en leer ik ze op die
manier kennen. In de eerste versie probeer ik niet te veel over ze na te
denken. Ik laat het een beetje gebeuren. Pas bij de tweede versie ga ik ze
uitpluizen en kijken hoe ik hun specifieke karaktereigenschappen het beste neer
kan zetten.
• Bepaal jij helemaal
zelf hoe zij evolueren of neemt het plot het op een bepaald moment van jou
over?
Uiteindelijk bepaal ik het plot, ik
bepaal alles, haha. Dat vind ik ook zo heerlijk aan schrijven! Maar het is wel
zo dat het een magisch proces is waarin je dingen tot je moet laten komen of
moet laten gebeuren en kijken waar het schip strandt. Is een boek een entiteit
op zich waar ik op intap? Of is het mijn onderbewustzijn? Ik weet het niet.
• Dader of
slachtoffer. Vooral Berend brengt
argumenten aan die stof tot discussie geven.
Niet alles is zwart-wit, wil je dat zeggen?
Dat wil ik altijd zeggen in al mijn
boeken. Ik heb een vlotte schrijfstijl waardoor mijn boeken makkelijk weglezen.
Ik vind dat ook belangrijk. Lezen hoeft geen worsteling te zijn. Je doet het om
te ontspannen, niet waar? Maar ik probeer wel altijd mensen aan het denken te
zetten. En inzichtelijk te maken waarom mensen de dingen doen die ze doen.
Uiteindelijk zijn we allemaal puzzeltjes die gelegd kunnen worden als je de
puzzelstukken kent. Niemand is toevallig zoals die is.
• Wie is jouw favoriete
personage in ‘Vogeleiland’? Waarom?
Puppie! Ik vind haar zo wild en
rauw. Te gek!
• ‘Vogeleiland’ bevat
nogal wat heftige passages. Hoe beleef
je zelf het schrijven ervan (agressie, eitje met begin van een kuiken erin,
Dora, …)? Doe je dat met in achtneming
van de nodige afstand?
Mijn eigen hond was net overleden,
dus ik heb de passages over Dora brullend geschreven. En als ik ze herlees,
moet ik weer huilen. Wat betreft de andere scenes, daar beleef ik een soort
satanisch genoegen aan, haha. Al ben ik nooit uit op effectbejag.
• Krijg je reacties van de lezer op die schokkende passages?
Ook. Al denk ik dat er in de meeste
andere thrillers veel schokkendere dingen gebeuren. Ik zal nooit iemand laten
verkrachten in een buikwond of zo á la Slaughter. Het gaat mij niet om het
geweld op zich. Ik denk niet: hoe kan ik iets zo gruwelijk en ranzig mogelijk
bedenken? Het gaat me om de psychologie erachter.
• Je hebt uiteraard na
het schrijven het boek in zijn geheel gelezen.
Wat was jouw eerste gedachte na het omslaan van de laatste bladzijde?
Ik ben echt heel trots op
Vogeleiland. Het is helemaal geworden wat ik wilde.
• Heb je zelf tijd om
boeken van andere (collega)auteurs te lezen?
Wie staat er hoog genoteerd in jouw lijst van favoriete schrijvers? Welk boek dat je laatst las heeft indruk op
jou gemaakt?
Ik lees ontzettend veel. Wat ik een
prachtig boek vond was ‘Ik ben er niet’ van Lize Spit. Ik was echt een week van
de leg na het lezen ervan. Ook De heks van Limbricht van mijn vriendin en
collega Susan Smit vind ik een must-read. Opeens begrijp je hoe vrouwen al
eeuwenlang worden onderdrukt en dat moet echt eens afgelopen zijn.
• Tot slot. Staat er al een nieuw boek op stapel? Wordt het een thriller? Kan je ons, nieuwsgierige aagjes, al iets
meer vertellen?
Oei, dat is een moeilijke. Er spelen
wat gedachten in mijn hoofd, maar ik heb nog niet echt een concreet idee. Eerst
ga ik samen met drie collega-schrijfsters een boek maken dat ‘Vier wandelaars
en een Siciliaan’ heet. We gaan tien dagen wandelen over Sicilië en daarover
schrijven, ieder vanuit een ander personage. Ik ben benieuwd hoe dat uitpakt!
Hartelijk dank, Marion,
dat je tijd wou vrijmaken voor Thrillerlezers!.
Hopelijk komt jouw volgende boek er vlug aan!
Anita
Geen opmerkingen:
Een reactie posten