dinsdag 4 januari 2022

Uitgebroed met Jan van der Cruysse



 Jouw thrillerdebuut kwam in de afgelopen tien jaar uit. 

Was je voor je debuut uitkwam al langer met schrijven bezig? 


Ik droom er al mijn hele leven van om een spannend boek te schrijven. Het soort boek dat ik zelf graag zou lezen. Schrijven is mijn vak, als communicatieman en woordvoerder. Maar een boek is nog wat anders. Ik wist niet hoe je daaraan begint en heb dat altijd voor me uit geschoven. Zelf lees ik veel vaker Engels dan Nederlands. Bij het lezen van de Millenniumtrilogie van Stieg Larsson en I am Pelgrim van Terry Hayes begon het te kriebelen. Ik kreeg ook voor structuur en verhaallijnen en spanningsbogen. En op mijn 55ste ging ik op een avond ging ik neerzitten en begon te schrijven aan wat Bling Bling zou worden. Dat was evenzeer een verrassing voor mezelf als voor de rest van mijn gezin. Zo simpel was het eigenlijk. 

Het boek was alleen bedoeld voor eigen gebruik. Bucket list en zo. Tot enkele mensen die het hadden gelezen me wisten te overtuigen om een uitgever te vinden. 



Wie was jouw eerste uitgever? 

Dat was het Davidsfonds. Door omstandigheden de eerste en enige uitgever die ik had aangesproken. Ik liet ze Bling Bling lezen en ze beloofden dat ze me zouden laten weten wat ze ervan vonden.  Toen ze enkele weken later enthousiast belden dat ze het zouden uitgeven, was ik helemaal ondersteboven. 


Wat betekende het voor jou dat deze uitgever met jou in zee wou gaan? Weet je jouw eerste reactie nog? 

Elke schrijver hoopt natuurlijk dat zijn boek wordt uitgegeven, maar ik besefte dat die kans eerder beperkt zou zijn. Rond die tijd hoorde ik Pieter Aspe op de radio vertellen dat voor elk gepubliceerd boek, wel 700 manuscripten roemloos eindigen in de prullenmand. Je kan je voorstellen dat ik in de wolken was. Letterlijk terwijl het boek in druk was, belden ze me dat de uitgeverij zou worden overgenomen door Standaard Uitgeverij. Dus eigenlijk verscheen het onder de vlag van Manteau. Beter kan je het als thrillerauteur in Vlaanderen niet treffen, verzekerden ze me. 



Is jouw debuut nog altijd van speciale waarde voor jou? 

Vraag nooit iemand om te kiezen tussen zijn kinderen, maar de oudste en de jongste hebben wel eens een streepje voor op de andere. Bling Bling won achtereenvolgens de Hercule Poirotprijs en de Diamanten Kogel. Dat was nog nooit eerder gebeurd, laat staan door een debuut. Enkele maanden later volgde in Amsterdam nog de Schaduwprijs. Je kan je voorstellen dat het een roetsjbaan was. Dat is nu vijf jaar en zes boeken geleden, en af en toe moet ik eens in mijn arm knijpen om te weten of het allemaal wel echt is. 



Gebeurt het nog wel eens dat je het terug vastpakt en passages herleest? 

Als lezer moet je beseffen dat een auteur elk boek niet enkel schrijft, maar zeker wel een keer of acht leest en herleest voor het uiteindelijk van de pers loopt. Daarna hou je het even voor bekeken. Af en toe moet ik eens iets opzoeken in een van mijn vorige boeken, en dan blijf ik even plakken. Ik neem me al twee jaar voor om eens de hele Bling Bling trilogie te herlezen, maar daar moet je minstens een stevige week voor uittrekken, en er zijn te veel andere boeken die zich eerst opdringen. Maar ik ben het nu echt wel van plan. 


Weet je nog hoe het publiek reageerde op jouw debuut? 

Eigenlijk kreeg ik daarover kort na het verschijnen weinig feedback. Ik kreeg voor het verschijnen van Bling Bling meer persaandacht dan de gemiddelde debutant: ik was immers twintig jaar de persvoorlichter en woordvoerder geweest van Brussels Airport, en om die reden voortdurend in de kranten en op radio en TV. Als diezelfde woordvoerder plots een thriller tevoorschijn tovert die zich afspeelt in de luchtvaart, krijg je wel wat pers. Voor mijn vierde en vijfde boek was dat al een stuk moeilijker. Door omstandigheden bleek de inhoud van Win Win vooruit te zijn op zijn tijd (cryptofoons, verdronken bootvluchtelingen, zwendel met covid-vaccins…) en ook dat weet de pers te beroeren. 


Was het een groot succes qua leesreacties, verkoop? In Vlaanderen? 

Eerst liep dat prima, maar niet de grote stormloop. Dat veranderde ingrijpend toen ik thrillerprijzen begon te winnen. Het boek is inmiddels stilaan toe aan zijn achtste druk. I

Nederland is geheel andere koek. Ik kreeg zeker een duwtje in de rug door de Schaduwprijs, maar de verkoop van mijn boeken scoort in Vlaanderen nog steeds veel beter dan in Nederland. Ik merk op facebookgroepen dat Nederlandse lezers me amper of niet kennen. Maar dat komt wel, dat weet ik zeker. 


Kwam het boek in de VN thrillergids en hoe werd het boek daarin beoordeeld? 

Het kwam er zeker in, maar ik heb geen kopie. Je vindt de thrillergids hier niet zomaar in de dagbladhandel, dus de meeste Vlaamse lezers kennen hem niet. Ik neem graag de mening van de lezer als beoordeling voor mijn boeken. Op Bol of andere uitgevers. Maar vooral op Goodreads. Tot dusver oogsten al mijn boeken daar gemiddeld boven de vier sterretjes. Dat doen weinig auteurs me na, zelfs bij de allergrootsten is er wel eens een dipje. 


Zou je het verhaal weer zo schrijven? 

De verhaallijnen zeker wel. Het zit goed in elkaar, de lezer blijft een hele tijd in het ongewisse terwijl hij ontdekt hoe al die verhaallijnen toch bij elkaar blijken te horen. Het is spannend, af en toe grappig en ook wel een beetje stout. Het soort boek dat ik zelf graag lees. De schrijfstijl, da’s andere koffie. Wie Bling Bling en Win Win na elkaar leest zal ontdekken dat mijn stijl evolueert. Ondertussen ben ik al meer dan tweeduizend bladzijden verder, en boeken schrijven is ook wel een leerproces. Bij elk nieuw hoofdstuk leer je als auteur weer wat bij. Ik hoop vooral dat ik dat nog lange tijd kan blijven doen!



Gebaseerd op een idee van Peter Kuijt


Geen opmerkingen:

Een reactie posten