
Zes
dagen start niet midden in de
rellen, maar in de wijken eromheen. Hulpdiensten draaien overuren in
het centrum en gangs realiseren zich dat ze nu mogelijkheden hebben
om oude schulden te vereffenen, zuiver om het feit dat de politie wel
andere dingen te doen heeft en ze dus niet in hun activiteiten
gemonitord worden.
Het
eerste hoofdstuk begint met de moord op Ernesto Vera, een
onschuldige, hardwerkende man die wordt geslagen, gestoken en achter
een auto aan wordt gesleept omdat zijn broer en zus leden van een
gang
zijn. Deze gebeurtenis escaleert en alle betrokkenen vertellen in Zes
dagen hun verhaal, waarin hun
aandeel in dit tragedie – goed of slecht – uit de doeken wordt
gedaan.
Gattis
heeft het zichzelf niet gemakkelijk gemaakt door niet minder dan
zeventien personages op te voeren, waaronder de zus van het
slachtoffer, zijn broer, een verpleegster, een brandweerman, een
bendeleider, een rivaal, een kind dat getuige was en vele anderen,
die elk in een eigen hoofdstuk hun verhaal vertellen. Op de een of
andere manier hebben ze allemaal direct of indirect met elkaar te
maken en personages keren dan ook regelmatig terug in de verhalen van
andere personages, zij het vanuit een ander perspectief. Het klinkt
verwarrend, maar dat is het zeker niet. Gattis weet elk personage
stuk voor stuk geweldig neer te zetten en gunt ons een blik in de
levens van mensen die zo weinig raakvlakken met die van ons hebben,
op een manier die zelfs sympathie oproept voor hen die leven aan de
zelfkant van de maatschappij.
Zes
dagen is geen kroniek over de
rellen, maar gaat veel dieper. Het is een fictief verhaal, hard en
gewelddadig, die zijn oorsprong vindt in de waanzin van de mens. Het
zijn echter niet de wapens, de moorden, het bloed en het geweld die
het sensationeel maken, maar de horror die te vinden is in simpel
gedrag en de interacties onderling. Die laten je achter met een rauw
en triest gevoel.
Linda Jansma
Geen opmerkingen:
Een reactie posten