Titel: Kwaad Bloed
Auteur: Robert Galbraith
Uitgeverij: Boekerij
Publicatiedatum: oktober 2020
Recensie door Lisa
Korte inhoud:
Privédetective Cormoran Strike is op bezoek
bij zijn familie in Cornwall wanneer hij benaderd wordt door een vrouw die meer
wil weten over de verdwijning van haar moeder, Margot Bamborough. In 1974 is
zij onder mysterieuze omstandigheden verdwenen…
Strike heeft zich nog nooit op een cold
case gestort, laat staan eentje van meer dan veertig jaar oud. Ondanks de
kleine kans van slagen is hij geïntrigeerd door de vermissing en voegt hem toe
aan de lange lijst van zaken waar hij en zijn zakenpartner, Robin Ellacott, op
dit moment aan werken. Hoewel Robin niets liever doet dan hard werken, kan ze
het extra werk er eigenlijk niet bij gebruiken – ze heeft al genoeg op haar
bord door de scheiding, ongevraagde mannelijke aandacht en haar verwarrende
gevoelens voor Strike.
Op het moment dat ze in het onderzoek
duiken naar de vermissing van Margot, stuiten ze op een duivelse zaak met
tarotkaarten, een psychopathische seriemoordenaar en onbetrouwbare getuigen. Al
snel komen ze erachter dat zelfs cold cases van tientallen jaren oud dodelijk kunnen
zijn.
Mijn mening:
Als er nu één boek is dat dit jaar in de
running is voor de prijs van dikste boek van het jaar, dan is Kwaad Bloed toch
wel een kandidaat en mogelijke prijswinnaar. Met maar liefst 1051 pagina’s is
dit een boek waarvoor je al bijna een kast mag reserveren. Niet
verantwoordelijk, want J.K. Galbraith, zoals hij (zij) wel eens genoemd wordt,
staat gekend voor zijn/haar dikke boeken. De Harry Potters moeten er niet voor
onderdoen.
Net als de Potters zijn het ook weer boeken
die heel zorgvuldig zijn opgebouwd, alleen is het verschil wel dat hier
ruimschoots (misschien wel té) de tijd werd genomen om de setting en karakters
neer te poten, terwijl bij Potter de actie er sneller aankomt.
Voor zij die nu uit de lucht komen vallen:
Galbraith is uiteraard het pseudoniem van J.K. Rowling, de momenteel ietwat
verguisde auteur achter de extreem succesvolle Potter-reeksen. De keuze voor
een alias is niet verwonderlijk, gezien de Galbraith boeken toch wel zeer ver
weg liggen van bovengenoemde Potters. Zowel qua stijl als verhaallijn kan je de
twee totaal niet naast elkaar leggen, en het lijkt dus echt wel alsof ze door
een andere auteur zijn geschreven.
Dit is op zich geen uniek gegeven. Er zijn
verschillende kameleon-auteurs die erin slagen om met verschillende genres weg
te komen. En als je niet weet dat Galbraith in werkelijkheid Rowling is, zou je
er ook niet bij stilstaan.
Het hoofdpersonage, detective Strike, is
intussen al weer aan zijn derde boek toe, en deze keer stort hij zich op een
cold case, wat de eerste keer is in de reeks. De personages zijn op en top
uitgewerkt, met vooral de dynamiek tussen Strike en Robin in een aparte
hoofdrol die het boek, zelfs als je het verhaal met de haren getrokken zou
voelen, de moeite waard maakt om te lezen.
Alleen duurt het deze ook keer ook wel erg
lang voor het verhaal echt op gang komt, de opbouw is deze keer ook zeer traag,
waardoor menig thrillerlezer wel eens zal fronsen en zich afvragen of het
allemaal niet wat sneller kan.
Daarnaast is dit ook een boek voor de
liefhebber van veel personages, want er zijn er veel, heel veel. Soms té. Dit,
gecombineerd met een overvloed aan details die achter misschien niet zo heel
belangrijk blijken te zijn, maakt dat Kwaad Bloed toch wel wat geduld vraagt
van de lezer.
Aan de andere kant is het ook het type van
boek dat je niet zomaar op een dagje of twee uitleest, of als tussendoortje
erbij neemt. Het boek staat dan ook garant voor verschillende avonden
leesplezier – wat dan als bijzaak geeft dat je af en toe toch wel even weer
moet nadenken over wie dat wie weer is. Maar dat is dan ook weer net een kluif
voor de thrillerlezers, die wel houden van doordenkertjes en nadenkertjes.
De schrijfstijl van Galbraith, daar moeten
we niet over twisten. Dat staat als een huis en is nog altijd tot in de
perfectie. Een minder ervaren auteur zou van deze pil mogelijk een saai boek
hebben gemaakt, maar er is iets aan de manier van opbouw dat maakt dat je
blijft doorlezen tot het einde, omdat je gewoonweg wilt weten hoe het eindigt.
Ik heb in totaal – ik heb het uitgerekend –
ongeveer drie weken gedaan over dit boek. ’s Avonds, in het weekend, af en toe
zelfs ’s ochtends. Het langste dat ik wellicht ooit over een boek heb gedaan.
Ik zou niet verwonderd zijn dat er mensen nog veel langer over gaan doen.
Nog een tip: hou je van Galbraith, lees dan
toch best eerst de andere twee boeken om mee te zijn met het verhaal. Het is
geen must, maar het helpt wel om de setting, de personages en het gevoel mee te
krijgen van de vorige twee boeken, zeker ook omdat de hoofdrolspelers een vrij
heftig verleden kennen dat ze als een rugzak meedragen in dit boek.
Conclusie:
Een pil van een boek dat je niet zomaar
uitleest, maar echt je tijd voor moet nemen.
Een doordenker, gezet in een spannende
achtergrond, die echter wel regelmatig overschaduwd wordt door de vele details,
de lange opbouw en de soms te lange conversaties. Maar net als de vorige twee
aanraders als lectuur om van te genieten, zeker in deze donkere avonden.
4 kraaien
Geen opmerkingen:
Een reactie posten