woensdag 13 januari 2021

Kwaad bloed van Robert Galbraith

 


Titel: Kwaad Bloed

Auteur: Robert Galbraith

Uitgeverij: Boekerij

Publicatiedatum: oktober 2020

Recensie door Lisa


Korte inhoud:

Privédetective Cormoran Strike is op bezoek bij zijn familie in Cornwall wanneer hij benaderd wordt door een vrouw die meer wil weten over de verdwijning van haar moeder, Margot Bamborough. In 1974 is zij onder mysterieuze omstandigheden verdwenen…

Strike heeft zich nog nooit op een cold case gestort, laat staan eentje van meer dan veertig jaar oud. Ondanks de kleine kans van slagen is hij geïntrigeerd door de vermissing en voegt hem toe aan de lange lijst van zaken waar hij en zijn zakenpartner, Robin Ellacott, op dit moment aan werken. Hoewel Robin niets liever doet dan hard werken, kan ze het extra werk er eigenlijk niet bij gebruiken – ze heeft al genoeg op haar bord door de scheiding, ongevraagde mannelijke aandacht en haar verwarrende gevoelens voor Strike.

Op het moment dat ze in het onderzoek duiken naar de vermissing van Margot, stuiten ze op een duivelse zaak met tarotkaarten, een psychopathische seriemoordenaar en onbetrouwbare getuigen. Al snel komen ze erachter dat zelfs cold cases van tientallen jaren oud dodelijk kunnen zijn.

 

Mijn mening:

Als er nu één boek is dat dit jaar in de running is voor de prijs van dikste boek van het jaar, dan is Kwaad Bloed toch wel een kandidaat en mogelijke prijswinnaar. Met maar liefst 1051 pagina’s is dit een boek waarvoor je al bijna een kast mag reserveren. Niet verantwoordelijk, want J.K. Galbraith, zoals hij (zij) wel eens genoemd wordt, staat gekend voor zijn/haar dikke boeken. De Harry Potters moeten er niet voor onderdoen.

Net als de Potters zijn het ook weer boeken die heel zorgvuldig zijn opgebouwd, alleen is het verschil wel dat hier ruimschoots (misschien wel té) de tijd werd genomen om de setting en karakters neer te poten, terwijl bij Potter de actie er sneller aankomt.

Voor zij die nu uit de lucht komen vallen: Galbraith is uiteraard het pseudoniem van J.K. Rowling, de momenteel ietwat verguisde auteur achter de extreem succesvolle Potter-reeksen. De keuze voor een alias is niet verwonderlijk, gezien de Galbraith boeken toch wel zeer ver weg liggen van bovengenoemde Potters. Zowel qua stijl als verhaallijn kan je de twee totaal niet naast elkaar leggen, en het lijkt dus echt wel alsof ze door een andere auteur zijn geschreven.

Dit is op zich geen uniek gegeven. Er zijn verschillende kameleon-auteurs die erin slagen om met verschillende genres weg te komen. En als je niet weet dat Galbraith in werkelijkheid Rowling is, zou je er ook niet bij stilstaan.

Het hoofdpersonage, detective Strike, is intussen al weer aan zijn derde boek toe, en deze keer stort hij zich op een cold case, wat de eerste keer is in de reeks. De personages zijn op en top uitgewerkt, met vooral de dynamiek tussen Strike en Robin in een aparte hoofdrol die het boek, zelfs als je het verhaal met de haren getrokken zou voelen, de moeite waard maakt om te lezen.

Alleen duurt het deze ook keer ook wel erg lang voor het verhaal echt op gang komt, de opbouw is deze keer ook zeer traag, waardoor menig thrillerlezer wel eens zal fronsen en zich afvragen of het allemaal niet wat sneller kan.

Daarnaast is dit ook een boek voor de liefhebber van veel personages, want er zijn er veel, heel veel. Soms té. Dit, gecombineerd met een overvloed aan details die achter misschien niet zo heel belangrijk blijken te zijn, maakt dat Kwaad Bloed toch wel wat geduld vraagt van de lezer.

Aan de andere kant is het ook het type van boek dat je niet zomaar op een dagje of twee uitleest, of als tussendoortje erbij neemt. Het boek staat dan ook garant voor verschillende avonden leesplezier – wat dan als bijzaak geeft dat je af en toe toch wel even weer moet nadenken over wie dat wie weer is. Maar dat is dan ook weer net een kluif voor de thrillerlezers, die wel houden van doordenkertjes en nadenkertjes.

De schrijfstijl van Galbraith, daar moeten we niet over twisten. Dat staat als een huis en is nog altijd tot in de perfectie. Een minder ervaren auteur zou van deze pil mogelijk een saai boek hebben gemaakt, maar er is iets aan de manier van opbouw dat maakt dat je blijft doorlezen tot het einde, omdat je gewoonweg wilt weten hoe het eindigt.

Ik heb in totaal – ik heb het uitgerekend – ongeveer drie weken gedaan over dit boek. ’s Avonds, in het weekend, af en toe zelfs ’s ochtends. Het langste dat ik wellicht ooit over een boek heb gedaan. Ik zou niet verwonderd zijn dat er mensen nog veel langer over gaan doen.

Nog een tip: hou je van Galbraith, lees dan toch best eerst de andere twee boeken om mee te zijn met het verhaal. Het is geen must, maar het helpt wel om de setting, de personages en het gevoel mee te krijgen van de vorige twee boeken, zeker ook omdat de hoofdrolspelers een vrij heftig verleden kennen dat ze als een rugzak meedragen in dit boek.

Conclusie:

Een pil van een boek dat je niet zomaar uitleest, maar echt je tijd voor moet nemen.

Een doordenker, gezet in een spannende achtergrond, die echter wel regelmatig overschaduwd wordt door de vele details, de lange opbouw en de soms te lange conversaties. Maar net als de vorige twee aanraders als lectuur om van te genieten, zeker in deze donkere avonden.

4 kraaien

Geen opmerkingen:

Een reactie posten