vrijdag 4 september 2020

Tine Bergen ondervraagd

 


Met haar psychologische thriller ‘Vissen praten niet’ (2019) oogste  Tine Bergen  vele lovende kritieken en nominaties voor thrillerprijzen.  En nu is er de psychologische thriller ‘Zullen we het liefde noemen?’.

Ik mocht haar enkele vragen stellen.

Zou je je even kort willen voorstellen aan de lezers van Thrillerlezers!?

Verhalen vormen de rode draad in mijn leven. Ik denk dat ze heel erg voor mensen kunnen zorgen en vind het heel belangrijk dat verhalen verteld worden. Als freelance journalist luister ik naar de verhalen van anderen, als schrijver verzin ik ze zelf. Ik schrijf jeugdboeken, fictie en non-fictie voor volwassenen.

Met ‘Zullen we het liefde noemen?’bracht je jouw tweede (?) boek voor volwassenen in de boekhandel. Is schrijven jouw hoofdbezigheid of is het nog steeds een hobby?

Ik schreef eerder ook de roman ‘Crème brûlée’ en ‘Merg’ de thrillers ‘Koekoeksjong’ en ‘Vissen praten niet’ voor volwassenen. En twee non-fictie boeken over slaap en macht. Daarnaast heb ik ook al tien jeugdboeken geschreven. Ik kan niet leven van mijn boeken, maar ze zijn wel veel meer dan een hobby. Ik kan me niet voorstellen dat ik ooit stop met schrijven.

Hoe verloopt een dag schrijven ten huize Tine Bergen?

Vrij saai J Ik werk van thuis uit, waarbij ik mijn tijd verdeel tussen mijn schrijfopdrachten en mijn eigen schrijfprojecten. Ik probeer een mix te houden tussen korte en lange deadlines, fictie en non-fictie, jeugd en volwassenen. Omdat ik nog jonge kinderen heb, probeer ik de schooluren zoveel mogelijk te volgen.

 

Waar haal jij inspiratie voor jouw boeken? 

Ik verzamel mooie zinnen. Zinnen met lagen, zinnen die de dingen juist zeggen. Zinnen die blijven hangen en waar ik een heel verhaal bij kan maken.

Ligt bij de start van een nieuw boek de plot al helemaal vast?  Of laat je je verrassen door de gebeurtenissen?

De grote lijnen liggen vast, maar ik laat me heel erg leiden door de personages. Hoe meer hun karakters groeien, hoe meer zij het verhaal ook gaan bepalen. Zij zorgen ervoor dat er dingen gebeuren die ik nooit op voorhand al allemaal zou kunnen uitdenken.

Heb je nood aan een klankbord tijdens het schrijven?  Wie krijgt die rol toebedeeld?

Ik geniet heel erg van die eerste fase van het schrijven waarin mijn boek helemaal van mij is. Daarna wil ik uiteraard wel zaken afchecken, maar dat doe ik vooral bij de uitgeverij. Ik heb een geweldige uitgever en redacteur. Ik gebruik proeflezers, maar ben daar voorzichtig mee. Zolang ik het gevoel heb dat ik een proeflezer nodig heb, weet ik dat er nog iets scheef zit in de tekst.

Wie of wat heeft aanleiding gegeven tot het schrijven van ‘Zullen we het liefde noemen?’? 


De quote van Proust in het begin van het boek. Ik wilde kijken in hoeverre de liefde is wat wij ervan maken.

‘C’est notre imagination qui est responsable pour l’amour, pas l’autre personne.’

- Marcel Proust

Wat was er eerst: het ongeval of de idee om het personage Esther tot leven te brengen?

Het ongeval. Dat was de vonk waarmee de plot begon. Van daaruit groeiden de personages.

In ‘Vissen praten niet’ voerde je een kleuterjuf op.  In ‘Zullen we het liefde noemen?’ is er meester Dieter.  Toeval dat deze twee personages werkzaam zijn in het onderwijs of heb je een bepaalde connectie met het onderwijs?

Ik heb een korte poos lesgegeven, maar ik heb verder weinig connectie met het onderwijs. Het kwam vooral handig uit, het paste in de plot/bij de karakters. En ik kan ook geloofwaardig over het onderwijs schrijven, dat wordt moeilijker als ik het over een chirurg zou hebben – daar weet ik niks van.

Is ‘Zullen we het liefde noemen?’ gebaseerd op feiten of is het 100% fictie?

Het is fictie, maar het is mijn boek. Er zullen altijd wel kleine feiten uit mijn leven (onbewust) insluipen.

Het verhaal is heel doorleefd.  Hoe bepaal je tijdens het schrijven of alles juist in balans is?

Daar volg ik heel erg mijn buikgevoel. De tekst een poos wegleggen en dan opnieuw bekijken helpt om alles terug met genoeg afstand te kunnen zien.

‘Zullen we het liefde noemen?’ draait oa om ‘omstandigheden’ en hoe er wordt omgegaan met de gevolgen ervan.  Liet je je in de uitwerking hiervan leiden door je personages of hield je steeds de regie?

Mijn personages hebben toch wel behoorlijk wat regie. Al ben ik wel degene die de uiteindelijke beslissingen neemt.

Het hoofdpersonage is Esther.  Heb je een band met haar?  Welke?

Ik heb een band met al mijn personages want ze hebben maanden in mijn hoofd zitten praten.

 

Zitten er trekjes van Tine Bergen in Esther of omgekeerd?

Esther is psycholoog, ze staat behoorlijk nadenkend en analyserend in het leven. Dat heb ik ook wel.

Haar personage is tot in het detail uitgewerkt.  Hoe bereid je dat voor?  Kan je de afstand tot Esther bewaren?

Alle keuzes die Esther maakt, zijn uiteindelijk wel gemaakt omdat ze nodig zijn voor het verhaal. Ik wilde het best mogelijke verhaal schrijven. In die zin bewaar ik wel een zekere afstand tot Esther.

Zij zit ook met nogal wat dilemma’s waarmee veel werkende mama’s en echtgenotes zitten.  Put je hiervoor uit eigen ervaringen?

Zeker! Ik heb twee jonge kinderen en genoeg deadlines om het spannend te houden. Inspiratie moest ik hier niet ver gaan zoeken.

Esther bijt heel veel op haar vingers.  Helemaal aan het begin van het verhaal, laat ze met haar vinger bloed achter op het codeklavier daar waar haar opa verblijft.  Zijn dat verwijzingen naar de vingerafdrukken op de cover?

Ze zaten al in het verhaal voor de cover er was, maar het maakte wel dat deze cover meteen een streepje voor had. Ik vind het fijn, dat soort kleine zaken die maken dat alles ‘klopt’.

Leugen en/of waarheid.   Ben jij iemand die gaat voor de waarheid of kan een leugen om bestwil af en toe wel?

Ik denk dat de waarheid iets is dat je in kleine doses moet gebruiken als je wil dat ze gehoord wordt. Mensen verdragen niet teveel waarheid in een keer. Waarmee ik niet wil zeggen dat ik voor liegen ben.

 

Esther maakt op een gegeven moment de bedenking dat het naïef van haar is te denken dat ze zou kunnen ontsnappen aan haar genen.  Hoe belangrijk vind jij erfelijkheid? 

Ik denk dat nature en nurture allebei belangrijk zijn en dat we ons beter bewust zijn van de invloed die ze hebben. Maar als we ons bewust zijn van die invloed, kunnen we daar ook wel iets mee. Het is niet zo dat ze per definitie alles bepalen.


Staat ‘Zullen we het liefde noemen?’ op zichzelf of komt er een vervolg?

Dit is een stand-alone. Die schrijf ik liever. Het moet ook voor mezelf boeiend blijven en dat is makkelijker als elk boek een afgerond project is.

Ben je ondertussen al met andere projecten, boeken, verhalen bezig?  Moeten de lezers nog lang wachten op een volgend boek van Tine Bergen?

In september verschijnt er een kortverhaal van mij in een bundel met coronaverhalen en er komt ook een non-fictie boek over slaap uit. Ik werk aan een roman voor volwassenen en een jeugdboek en er zijn ook plannen voor een nieuwe thriller. Ik hoop dat lezers niet te lang op hun honger moeten zitten!

Tine Bergen, dankjewel dat je tijd wou vrijmaken voor Thrillerlezers!.  We wensen jou nog veel schrijfplezier en succes!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten