Titel : Ademnood
Auteur : Belinda Aebi
Uitgeverij : Lannoo
ISBN : 9789401447393
Belinda Aebi blijft met ‘Ademnood’
vasthouden aan prachtig gestilleerde covers.
De rode gloed over de zwartlederen jack valt op. Zowel naam als titel genieten een mooi
lettertype en vormen een mooi geheel wat de cover knap afwerkt. Waar ik wel aanstoot aan geef is de
vermelding van ‘het spannende genre’, want laat dat nu net iets zijn dat dit
boek enorm mist
.
Politie Gent zit serieus met hun handen in
het haar omtrent 2 dossiers die sinds 2001 lopende zijn. Bij beide moorden werd er telkens een
onbekende man opgemerkt in de nabijheid van het slachtoffer vlak voor of na hun
dood. Opvallend is ook dat zowel Lisa
Broeckx als Franky Baele tijdens hun jeugd verbleven in het zeesanatorium te
Wenduine. Er zit voor Brent Baekeland niks anders op dan een profiler in te
schakelen, nl. Kaya De Regge.
Het boek start alvast met een veelbelovende proloog die de lezer op
zich wel een benauwd gevoel geeft. ‘Ademnood’
bestaat daarnaast nog uit 3 delen waarbij in het eerste deel steeds geswitcht
wordt tussen 1973/1974 en 2003. Een zeer
informatief gedeelte waarbij er weinig tot geen dynamiek aanwezig is. Het personage Baekeland en profiler Kaya
worden ruimschoots geïntroduceerd. En
dan wel ècht grondig, er wordt op een bepaald moment zowaar een half blad (jawel,
u leest het goed) gewijd aan de nieuwe plaatselijke kapper (kan hij in zijn
drukke professioneel leven tijd vrij maken om een knipbeurt te krijgen of
niet? Ach nee, vrouwlief Katrien moet er
maar met kunnen leven dat hij eens ‘nee’ zegt).
Ik ben zeker niet tegen wat bijkomend gezwam, maar als je de werkelijk
noodzakelijke context kwijt geraakt omdat er teveel nadruk wordt gelegd op het
brilletje van zoonlief dat te vuil ziet en het brikje appelsap dat de boekentas
drassig heeft gemaakt dan is er toch wel sprake van bladvulling. Iets waar Aebi in dit boek zeker niet gierig
met omspringt.
De twee moordzaken worden door De Regge ingekeken en worden als het
ware door haar ‘verteld’ wat het allemaal zeer droog, te beschrijvend laat
overkomen bij de lezer. Weinig
schrikwekkend aan want tijdens haar eerste gesprek dat ze voert met Baekeland antwoordt
ze ook enkel in korte zinnen. Ja hoor,
het droge, neutrale gevoel wordt verdergezet.
Meer dan ‘Ik weet niet waarom ik hier ben’ of ‘All clear’ komt er niet
uit. Wat me dan weer verder brengt bij
de Amerikaanse tongval à la Astrid Bryan. Toegegeven De Regge heeft 11 jaar in
Amerika gewoond en Brent vond het accent best wel leuk maar ikzelf vond dit zeer
hinderlijk. Ik was eerlijk gezegd blij
dat de Engelse woorden in de volgende 2 delen enkel sporadisch voorkwamen.
Opmerkelijk is ook dat er pas na zo’n 100 pagina’s, enkele pagina’s
vooraleer deel 2 zijn start kent, enig dialoog te vinden is. Gesprekken waar ditmaal meer dan 1 woord
tussen elkaar wordt gewisseld.
Het tweede stuk van het boek waarin wederom het heden een rol speelt
en er flash-backs zijn naar o.a. 1975, 1981.
Het verleden omvat, net zoals in het voorgaande deel, een briefwisseling
van een zekere JW naar een, voor de lezer, onbekend iemand. Naarmate dit stuk vordert wordt de
correspondentie gestaakt en beschrijft JW meer zijn plannen. Ook komt er met mondjesmaat meer licht op
zijn beweegredenen omtrent enkele zaken die hij verricht en/of heeft
uitgevoerd. Het laatste gedeelte speelt
zich in het nu, dus 2003, af. Beetje
afgehaspeld allemaal. Er komt, tegenstrijdig met de eerste helft van het boek,
best wel meer tempo in. Maar ditmaal
komt er teveel onderzoek op je af. Tegen
dan had ik het allemaal wel al gehad.
Persoonlijk zou ik de proloog ook nooit ‘gebruikt’ hebben bij dit
verhaal, omdat dat nadelig werkte. 1+1=2
en de connecties waren snel gelegd.
Over het algemeen valt het gewoon op dat het verhaal zeer vlak
is. Er wordt zeer weinig emotie
getoond. Er zijn slechts een 2-tal
momenten dat er angst te voelen is, maar dat zou zoveel intenser kunnen beschreven
zijn geweest.
Logica is vaak ook ver zoek.
Inhoudelijk staan er tal van fouten : een GSM die op 2m afstand in een
riool geschopt wordt (Knap gedaan of was dat puur geluk?), de Nekka-nacht in
1973 (dit evenement bestaat dit jaar 25 jaar) ?, een moordenaar die niet checkt
of zijn slachtoffer effectief zijn laatste levenslicht zag, een schouderband
van een rugzak die om de hals komt te zitten als hij/zij in het water valt, …
Ook karakter gebonden zijn de personages niet sterk uitgediept. Kaya blijft vrij emotieloos bij het
overlijden van haar moeder terwijl ze dan voor de knappe onderbuur meer gevoel
toont. Eén van de slachtoffers wordt
omschreven als een manipuleerbaar iemand, een persoon die lief en braaf is maar
wanneer ze dan uiteindelijk bedreigd wordt door haar moordenaar is ze plots
niet op haar mond gevallen. Zeer
tegenstrijdig weer.
Kortom, ‘Ademnood’ kent pas in de helft een miniem gevoel aan actie
en spanning en een stijgend verloop aan dialoog, maar dan nog blijft deze
tweedimensionaal. Van een zekere
benauwdheid of meeslepende impact is er geen sprake. Het karakter van de dader begint wel open te
bloeien, maar enkel daarmee kan het verhaal zich niet verstevigen.
Een schamele 2 kraaien. Hopend op een constructiever vervolg op
‘Ademnood’.
Ann
Geen opmerkingen:
Een reactie posten