De hobby van lezen en schrijven ken ik al sinds mijn jeugd. Ik verslond alle detective boeken die er waren. Zo rond mijn 16e ben ik gestopt met lezen en het boek dat mij weer aanzette tot lezen was Turners vrouw. Tjee, dat is al wel even geleden. Het boek gaat over een vrouw die plotseling komt te overlijden en blijkt een heel ander leven te hebben gehad, dan haar man altijd van haar dacht. Heel inspirerend, vooral de zoektocht naar alle mysterieuze zaken waar zij bij betrokken was.
Sindsdien lees ik eigenlijk van alles, ik probeer vaak nieuwe schrijvers, waarbij ik soms halverwege stop. Als de recensies goed zijn, dan dwing ik mezelf verder te lezen, en vervolgens concludeer ik dan weer dat het gaat om een mening. Wat voor de een geldt, hoeft voor de ander niet zo te zijn. Een voorbeeld is Het stel van hiernaast. Ik weet niet of het eraan ligt dat ik zelf schrijf, maar ik vond het zo voorspelbaar al na de eerste 20 bladzijdes. En dat is niet helemaal mijn ding. Kritiek hebben op een boek of een schrijver wordt in mijn ogen veel te snel gedaan. Het kan niet jouw genre zijn, maar daarom is het nog geen slecht boek. Mensen oordelen te snel. De boekenmarkt is zo verzadigd dat er voor iedereen wel wat wils is.
Voor mij volstaat een goed boek aan: niet voorspelbaar, mooie karakters, soms diepgaand, bijzondere gebeurtenissen én mogelijk waargebeurd. Een boek waarbij je niet direct de drang hebt om een volgende te pakken, maar een paar dagen nodig hebt om het te laten bezinken.
Van alle schrijvers in mijn boekenkast als Dick Francis, Desmond Bagley, Karin Slaughter, Jussi Adler-Olsen, Stieg Larsson, Henning Mankell, Mo Hayder, Camilla Läckberg en nog veel meer, heb ik twee favorieten. Elizabeth George met haar Lynley inspecteur en Michael Robotham.
Beide schrijven totaal verschillend. Ik moet zeggen dat ik met name de eerste boeken van George het mooist vind. Daarna is ze in haar bewoording langdradiger geworden, alsof mooie ingewikkelde zinnen haar schrijverskwaliteit vergroten. De eenvoud van iets omschrijven ligt me beter.
Robotham schrijft heel anders. De karakters van Ruiz, de gepensioneerde rechercheur en professor Joe O'Loughlin, komen in veel van zijn boeken terug. Ik ben begonnen met Nachtboot en las vlak daarna Gebroken. Dit boek heeft me doen besluiten alle boeken van hem op volgorde te gaan lezen en ieder jaar kijk ik uit naar een nieuw deel. Het boek Gebroken is voor mij het meest intrigerende boek dat ik ooit heb gelezen. Ik heb het al verschijnende keren cadeau gedaan aan vrienden die ook houden van psychologische thrillers én ik heb het meer dan een keer gelezen. Robotham schrijft zoals je het voorstelt, alsof je naar een film kijkt waarbij je langer de tijd krijgt om meer te zien dan daar waar het in het script om draait. Je voelt en beleeft tijdens het lezen. De zinnen worden afgewisseld met korte woorden om het gevoel te benadrukken.
’Stuur er iemand heen. Pik haar op. Zorg dat je een foto in handen krijgt. Ik wil geen zestienjarige een lijk laten identificeren als we er niet allejezus zeker van zijn dat het inderdaad haar moeder is.’ Mijn maag stort zich omlaag als een vallende lift. Een dochter. Zestien. Zelfmoord is geen kwestie van zelfbeschikking of vrije wil. Er blijft altijd iemand achter.
Zelfs de stukken waarbij een ander luguber schrijft, maakt hij volmaakt. Alsof het mooi is om naar een lijk te kijken die net knetterhard op het water is terecht gekomen.Naast de vindingrijkheid in woorden, is het boek een verhaal met inhoud. Zowel iedere vrouw als iedere man kan zich inleven in de personages. Alles komt voorbij, het huwelijk, de kinderen in verschillende leeftijden, onderwijs, het kampen met een chronische ziekte. Maar niets is te veel. Niets is saai of onvoorstelbaar. Het is precies zoals het in het leven gaat, maar dan zo beschreven dat je de humor ervan in gaat zien of respect krijgt in plaats van iemand zielig te vinden.Rechercheurs en met name de oudere mannen, worden in de meeste boeken neergezet als kromlopende grote mannen met een drankprobleem. Het huis waar ze in wonen stinkt naar sigaretten en wordt slecht onderhouden omdat nu eenmaal de liefde voor het werk groter is dan de liefde voor de partner.Bij Robotham is dat anders. De professor die de psychologisch kant van het verhaal aanwakkert, is voor mij een levend persoon die ik bij de bakker voor laat omdat hij haast heeft. De manier waarop hij zijn lezingen geeft en zijn leerlingen benadert, zou voor mij alleen al een reden zijn weer te willen studeren. De oude rot in het vak als rechercheur is de redder in bittere tijden. Hij handelt naar kunnen en geweten. Ook hij tobt met zijn persoonlijkheid en botst op een mooi omschreven manier tegen normen en waarden.
Sindsdien lees ik eigenlijk van alles, ik probeer vaak nieuwe schrijvers, waarbij ik soms halverwege stop. Als de recensies goed zijn, dan dwing ik mezelf verder te lezen, en vervolgens concludeer ik dan weer dat het gaat om een mening. Wat voor de een geldt, hoeft voor de ander niet zo te zijn. Een voorbeeld is Het stel van hiernaast. Ik weet niet of het eraan ligt dat ik zelf schrijf, maar ik vond het zo voorspelbaar al na de eerste 20 bladzijdes. En dat is niet helemaal mijn ding. Kritiek hebben op een boek of een schrijver wordt in mijn ogen veel te snel gedaan. Het kan niet jouw genre zijn, maar daarom is het nog geen slecht boek. Mensen oordelen te snel. De boekenmarkt is zo verzadigd dat er voor iedereen wel wat wils is.
Voor mij volstaat een goed boek aan: niet voorspelbaar, mooie karakters, soms diepgaand, bijzondere gebeurtenissen én mogelijk waargebeurd. Een boek waarbij je niet direct de drang hebt om een volgende te pakken, maar een paar dagen nodig hebt om het te laten bezinken.
Van alle schrijvers in mijn boekenkast als Dick Francis, Desmond Bagley, Karin Slaughter, Jussi Adler-Olsen, Stieg Larsson, Henning Mankell, Mo Hayder, Camilla Läckberg en nog veel meer, heb ik twee favorieten. Elizabeth George met haar Lynley inspecteur en Michael Robotham.
Beide schrijven totaal verschillend. Ik moet zeggen dat ik met name de eerste boeken van George het mooist vind. Daarna is ze in haar bewoording langdradiger geworden, alsof mooie ingewikkelde zinnen haar schrijverskwaliteit vergroten. De eenvoud van iets omschrijven ligt me beter.
Robotham schrijft heel anders. De karakters van Ruiz, de gepensioneerde rechercheur en professor Joe O'Loughlin, komen in veel van zijn boeken terug. Ik ben begonnen met Nachtboot en las vlak daarna Gebroken. Dit boek heeft me doen besluiten alle boeken van hem op volgorde te gaan lezen en ieder jaar kijk ik uit naar een nieuw deel. Het boek Gebroken is voor mij het meest intrigerende boek dat ik ooit heb gelezen. Ik heb het al verschijnende keren cadeau gedaan aan vrienden die ook houden van psychologische thrillers én ik heb het meer dan een keer gelezen. Robotham schrijft zoals je het voorstelt, alsof je naar een film kijkt waarbij je langer de tijd krijgt om meer te zien dan daar waar het in het script om draait. Je voelt en beleeft tijdens het lezen. De zinnen worden afgewisseld met korte woorden om het gevoel te benadrukken.
’Stuur er iemand heen. Pik haar op. Zorg dat je een foto in handen krijgt. Ik wil geen zestienjarige een lijk laten identificeren als we er niet allejezus zeker van zijn dat het inderdaad haar moeder is.’ Mijn maag stort zich omlaag als een vallende lift. Een dochter. Zestien. Zelfmoord is geen kwestie van zelfbeschikking of vrije wil. Er blijft altijd iemand achter.
Zelfs de stukken waarbij een ander luguber schrijft, maakt hij volmaakt. Alsof het mooi is om naar een lijk te kijken die net knetterhard op het water is terecht gekomen.Naast de vindingrijkheid in woorden, is het boek een verhaal met inhoud. Zowel iedere vrouw als iedere man kan zich inleven in de personages. Alles komt voorbij, het huwelijk, de kinderen in verschillende leeftijden, onderwijs, het kampen met een chronische ziekte. Maar niets is te veel. Niets is saai of onvoorstelbaar. Het is precies zoals het in het leven gaat, maar dan zo beschreven dat je de humor ervan in gaat zien of respect krijgt in plaats van iemand zielig te vinden.Rechercheurs en met name de oudere mannen, worden in de meeste boeken neergezet als kromlopende grote mannen met een drankprobleem. Het huis waar ze in wonen stinkt naar sigaretten en wordt slecht onderhouden omdat nu eenmaal de liefde voor het werk groter is dan de liefde voor de partner.Bij Robotham is dat anders. De professor die de psychologisch kant van het verhaal aanwakkert, is voor mij een levend persoon die ik bij de bakker voor laat omdat hij haast heeft. De manier waarop hij zijn lezingen geeft en zijn leerlingen benadert, zou voor mij alleen al een reden zijn weer te willen studeren. De oude rot in het vak als rechercheur is de redder in bittere tijden. Hij handelt naar kunnen en geweten. Ook hij tobt met zijn persoonlijkheid en botst op een mooi omschreven manier tegen normen en waarden.
Ik stel mij bij het lezen Robotham voor, een man tussen deze twee personen in. Gebroken; het verhaal omschrijft hoe jonge vrouwen op een unieke manier worden gebroken en zo gaan handelen dat ze het uiteindelijk zelf met de dood moeten bekopen. De politie neemt aan dat het gaat om zelfmoord. Echter neemt de professor de zestienjarige dochter van een van de vrouwen op sleeptouw en blijkt er achter deze daad een psychisch gestoorde man te zitten.
Deze vierde thriller van Robotham is onmisbaar in je boekenkast als je houdt van spanning, diepgang, gevoel en je volkomen even af wilt sluiten van de drukke wereld om je heen.
Simone
Geen opmerkingen:
Een reactie posten