Brussel, die oester
Dieter Rogiers, schrijver van filmrecensies,
kortverhalen en graphic novels publiceert met ‘Bot mes’ zijn eerste ‘lange’
thriller. Sinds 28 oktober 2023 mag hij zich de trotse winnaar noemen van de Fred
Braeckmanprijs voor het beste Thrillerdebuut 2023. ‘Bot
mes’, 157 bladzijden, speelt zich af in Brussel.
Het is dan echt gebeurd: België is gesplitst.
Brussel wordt door de tot dan toe daar gevestigde instellingen verlaten. Het
zinkgat gaapt en loert. Brussel laat zich ervaren als een gesloten oester waar
je pas na veel papierwerk en stempels tijdelijk toegang tot kan verkrijgen.
‘Bot mes’ ontwikkelt vanuit het perspectief
van het ‘ik’-personage, een auteur van levensbeschrijvingen, die na 20 jaar
terugkeert naar de stad met als trieste missie de identificatie van zijn
dochter Ariane, die dood uit het kanaal werd opgevist.
Brussel is er slecht aan toe: “een rottend
lijk dat nog stuiptrekt maar waar de rigor mortis al is ingezet”.
Onmiddellijk valt op hoeveel parallellen er kunnen
getrokken worden tussen het Brussel in deze dystopische thriller en Brussel, de
stad zoals ze nu is: een falend systeem, rivaliserende bendes, ongestrafte
misdaad, gebrek aan personeel, informatie die niet doorstroomt, … .
Hoofdpersonage naast de vader (ik) is de stad
Brussel: stad in verval, verboden terrein, een stad die gek en paranoïde maakt,
… . Brussel is een oester, maar verwacht niet er een parel in aan te treffen.
“Ik probeerde het klotsende water te negeren,
maar als een zingende sirene sloeg het me aan de haak.” (p. 28)
Dit citaat illustreert perfect de essentie
van de thriller. ‘Bot mes’ vertelt een deprimerend verhaal dat speelt in een
stad die zich in al haar lelijkheid toont. Naarmate de tijd verstrijkt, dringt
de vader steeds verder door in de donkere poel die de stad is waar de ene na de
andere dominosteen valt. En toch kan hij de stad niet zomaar verlaten …
‘Bot mes’ leest claustrofobisch: gekneld
tussen het kanaal, het water dat regelmatig terugkeert in de plot, en de
beknelling van de greep die de stad op je heeft.
Tegelijkertijd werpen vragen zoals ‘Hoe goed
ken je ooit iemand?’ zich op; kaart de auteur het probleem van mensensmokkel in
de hoofdstad aan en de uitzichtloosheid van de slachtoffers ervan. Hij richt de
schijnwerper op het morele kompas van zijn personages en houdt Brussel
verantwoordelijk als actief personage.
De toon in ‘Bot mes’ is cynisch; het
opportunisme wordt in Brussel tot een kunst verheven; de morele integriteit is al
lang zoek. Die lelijkheid, dat verval wordt echter gevat in een mooie,
gevarieerde taal. De zingende sirene werpt met regelmaat haar haak uit en met
succes! Om stand te houden in Brussel, moet je de stad begrijpen, de lelijkheid
ervan doorzien. Het is niet al haat dat aan de stad bindt.
In de intrigerende wisselwerking tussen de
zieltogende stad en de personages leer je ze allen ook vrij goed kennen.
Brussel die iedereen versmacht met apathie brengt personages op de been die
krachten in zichzelf aanspreken waarvan ze zelf eerst niet vermoedden dat ze
erover beschikken.
‘Bot mes’ telt slechts 157 bladzijden maar
brengt een volwaardige thriller die de aandacht claimt van begin tot eind. De
plottwist halverwege het boek is zo één van de trucjes die de auteur aanwendt
om de lezer bij de les te houden.
Het is fictie, maar de vraag die zich
opdringt is of deze fictieve stad nog veraf is. Een ijzersterk debuut!
4 kraaien
Anita
Geen opmerkingen:
Een reactie posten